RFR 2019/135
Kinderalimentatie. Kan een hogere alimentatie opgelegd worden dan de draagkracht van de alimentatieplichtige toelaat?
HR 05-07-2019, ECLI:NL:HR:2019:1086
- Instantie
Hoge Raad (Civiele kamer)
- Datum
5 juli 2019
- Magistraten
Mrs. A.M.J. van Buchem-Spapens, T.H. Tanja-van den Broek, C.H. Sieburgh
- Zaaknummer
18/03263
- Conclusie
A-G mr. M.L.C.C. Lückers
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- JCDI
JCDI:ADS94471:1
- Vakgebied(en)
Personen- en familierecht / Alimentatie
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2019:1086, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 05‑07‑2019
ECLI:NL:PHR:2019:371, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 05‑04‑2019
- Wetingang
Art. 1:397 BW
Essentie
Kinderalimentatie. Draagkracht.
Kan een hogere alimentatie opgelegd worden dan de draagkracht van de alimentatieplichtige toelaat? Met welk bedrag aan aflossingen op de schulden dient rekening gehouden te worden bij de bepaling van de draagkracht? Motiveringsgebrek.
Samenvatting
Uit de relatie van partijen is in 2012 een zoon geboren. Partijen zijn in 2012 feitelijk uit elkaar gegaan. De zoon woont bij de vrouw. Zij heeft om een bijdrage van de man in de kosten van verzorging en opvoeding van de minderjarige verzocht. De rechtbank heeft deze bijdrage met ingang van 23 november 2016 bepaald op € 452,50 per maand.
Het ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.