NJB 2021/1723
Het ‘verbergen of verhullen’ van ‘de herkomst’van uit enig misdrijf afkomstigegeldbedragen, art. 420bis lid 1, aanhef enonder a, Sr: dat op ongebruikelijke plaatsenin de (vakantie)woning van de verdachteeen grote hoeveelheid geld is aangetroffen(in brandblussers, in een hoes/speeltunnelvoor katten achter de bank en in een broekzakvan een korte broek) is onvoldoendevoor een bewezenverklaring wat betreft hetverbergen en verhullen van de ‘herkomst’van het geldbedrag, mede gelet op de wetgeschiedenisvan art. 420 bis lid 1, aanhefen onder a, Sr, zoals weergegeven in HR 19december 2014, ECLI:NL:HR:2014:3687
HR 01-06-2021, ECLI:NL:HR:2021:790
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
1 juni 2021
- Magistraten
Mrs. V. van den Brink, Y. Buruma en J.C.A.M. Claassens
- Zaaknummer
20/00567
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- Vakgebied(en)
Strafrecht algemeen (V)
Materieel strafrecht (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2021:790, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 01‑06‑2021
ECLI:NL:PHR:2021:328, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 06‑04‑2021
- Wetingang
(art. 420bis Sr)
Essentie
Het ‘verbergen of verhullen’ van ‘de herkomst’van uit enig misdrijf afkomstigegeldbedragen, art. 420bis lid 1, aanhef enonder a, Sr: dat op ongebruikelijke plaatsenin de (vakantie)woning van de verdachteeen grote hoeveelheid geld is aangetroffen(in brandblussers, in een hoes/speeltunnelvoor katten achter de bank en in een broekzakvan een korte broek) is onvoldoendevoor een bewezenverklaring wat betreft hetverbergen en verhullen van de ‘herkomst’van het geldbedrag, mede gelet op de wetgeschiedenisvan art. 420 bis lid 1, aanhefen onder a, Sr, zoals weergegeven in HR 19december 2014, ECLI:NL:HR:2014:3687
Uitspraak
Inleiding
Verdachte is veroordeeld omdat hij – kort gezegd – (feit 4) ‘van een ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.