Einde inhoudsopgave
Verordening (EU) 2017/1129 betreffende het prospectus dat moet worden gepubliceerd wanneer effecten aan het publiek worden aangeboden of tot de handel op een gereglementeerde markt worden toegelaten en tot intrekking van Richtlijn 2003/71/EG
Artikel 9 Het universele registratiedocument
Geldend
Geldend van 20-07-2017 tot 04-12-2024
- Bronpublicatie:
14-06-2017, PbEU 2017, L 168 (uitgifte: 30-06-2017, regelingnummer: 2017/1129)
- Inwerkingtreding
20-07-2017
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
14-06-2017, PbEU 2017, L 168 (uitgifte: 30-06-2017, regelingnummer: 2017/1129)
- Vakgebied(en)
Financieel recht / Bank- en effectenrecht
Financieel recht / Europees financieel recht
1.
Uitgevende instellingen waarvan effecten tot de handel op een gereglementeerde markt of een MTF zijn toegelaten, kunnen elk boekjaar een registratiedocument opstellen in de vorm van een universeel registratiedocument met een beschrijving van de organisatie, bedrijfsactiviteiten, financiële positie, winsten, vooruitzichten en governance- en aandeelhoudersstructuur van de instelling.
2.
Uitgevende instellingen die ervoor kiezen elk boekjaar een universeel registratiedocument op te stellen, leggen dit overeenkomstig de procedure van artikel 20, leden 2 en 4, ter goedkeuring voor aan de bevoegde autoriteit van hun lidstaat van herkomst.
Indien de bevoegde autoriteit gedurende twee opeenvolgende boekjaren een universeel registratiedocument van de uitgevende instelling heeft goedgekeurd, mogen daaropvolgende universele registratiedocumenten zonder voorafgaande goedkeuring bij de bevoegde autoriteit worden gedeponeerd.
Indien de uitgevende instelling nadien nalaat een universeel registratiedocument voor een boekjaar te deponeren, komt het voordeel om zonder voorafgaande goedkeuring te deponeren te vervallen en worden alle daaropvolgende universele registratiedocumenten ter goedkeuring aan de bevoegde autoriteit voorgelegd totdat wederom aan de voorwaarde van de tweede alinea is voldaan.
De uitgevende instelling geeft in haar aanvraag aan de bevoegde autoriteit aan of het universele registratiedocument ter goedkeuring wordt ingediend, dan wel zonder voorafgaande goedkeuring wordt gedeponeerd.
Indien de in dit lid, tweede alinea, bedoelde uitgevende instelling verzoekt om kennisgeving overeenkomstig artikel 26 van haar universele registratiedocument, legt zij haar universele registratiedocument ter goedkeuring voor, met inbegrip van eventueel voordien gedeponeerde wijzigingen daarvan.
3.
Uitgevende instellingen die vóór 21 juli 2019 de toepassingsdatum van deze verordening beschikten over een overeenkomstig bijlage I bij Verordening (EG) nr. 809/2004 van de Commissie (1) opgesteld registratiedocument dat gedurende ten minste twee opeenvolgende boekjaren door een bevoegde autoriteit was goedgekeurd, en die daarna elk jaar overeenkomstig artikel 12, lid 3, van Richtlijn 2003/71/EG een dergelijk registratiedocument hebben gedeponeerd of hebben laten goedkeuren, mogen op 21 juli 2019 overeenkomstig lid 2, tweede alinea, van dit artikel een universeel registratiedocument zonder voorafgaande goedkeuring deponeren.
4.
Zodra zowel het universele registratiedocument als de in de leden 7 en 9 van dit artikel bedoelde wijzigingen daarvan zijn goedgekeurd of zonder voorafgaande goedkeuring zijn gedeponeerd, worden deze zonder onnodige vertraging openbaar gemaakt volgens de in artikel 21 beschreven regelingen.
5.
Het universele registratiedocument voldoet aan de taalvoorschriften van artikel 27.
6.
In een universeel registratiedocument kan informatie door middel van verwijzing worden opgenomen, mits de voorwaarden van artikel 19 in acht worden genomen.
7.
Na de indiening of goedkeuring van een universeel registratiedocument kan de uitgevende instelling de daarin vervatte informatie te allen tijde actualiseren door bij de bevoegde autoriteit een wijziging ervan te deponeren. Onverminderd artikel 10, lid 3, eerste en tweede alinea is voor de deponering van de wijziging bij de bevoegde autoriteit geen goedkeuring vereist.
8.
De bevoegde autoriteit kan te allen tijde overgaan tot de toetsing van zowel de inhoud van een universeel registratiedocument dat zonder voorafgaande goedkeuring is gedeponeerd, als van de inhoud van eventuele wijzigingen die daarin zijn aangebracht.
Bij de toetsing controleert de bevoegde autoriteit de volledigheid, de consistentie en de begrijpelijkheid van de informatie die in het universele registratiedocument en in eventuele wijzigingen daarvan wordt verstrekt.
9.
Indien de bevoegde autoriteit in het kader van de toetsing tot de bevinding komt dat het universele registratiedocument niet aan de normen inzake volledigheid, consistentie en begrijpelijkheid voldoet of dat er wijzigingen of aanvullende informatie nodig zijn, stelt zij de uitgevende instelling daarvan in kennis.
De uitgevende instelling hoeft pas in het volgende universele registratiedocument dat voor het volgende boekjaar wordt gedeponeerd, rekening te houden met een door de bevoegde autoriteit tot de uitgevende instelling gericht verzoek tot wijziging of tot het verstrekken van aanvullende gegevens, tenzij de uitgevende instelling het universele registratiedocument als een onderdeel van een ter goedkeuring voorgelegd prospectus wenst te gebruiken. In dat geval deponeert de uitgevende instelling uiterlijk bij de indiening van de in artikel 20, lid 6, bedoelde aanvraag een wijziging van het universele registratiedocument.
In afwijking van de tweede alinea deponeert de uitgevende instelling zonder onnodige vertraging een wijziging van het universele registratiedocument indien de bevoegde autoriteit de uitgevende instelling ervan in kennis stelt dat haar verzoek om wijziging of om aanvullende informatie betrekking heeft op een materiële niet-vermelding of een materiële vergissing of materiële onnauwkeurigheid die het publiek zou kunnen misleiden met betrekking tot de feiten en omstandigheden die essentieel zijn om een geïnformeerde beoordeling te maken over de uitgevende instelling.
De bevoegde autoriteit kan verzoeken dat de uitgevende instelling een geconsolideerde versie van het gewijzigde universele registratiedocument opstelt indien een dergelijke geconsolideerde versie nodig is ter waarborging van de begrijpelijkheid van de informatie in dat document. Een uitgevende instelling kan op vrijwillige basis bij de wijziging in een bijlage een geconsolideerde versie van haar gewijzigde universele registratiedocument voegen.
10.
De leden 7 en 9 zijn uitsluitend van toepassing wanneer het universele registratiedocument niet in gebruik is als een onderdeel van een prospectus. Telkens wanneer een universeel registratiedocument in gebruik is als een onderdeel van een prospectus, is tussen het tijdstip waarop het prospectus wordt goedgekeurd, en het tijdstip van de definitieve afsluiting van de aanbieding van effecten aan het publiek of, naargelang het geval, het tijdstip waarop de handel op een gereglementeerde markt aanvangt, indien dat later valt, uitsluitend artikel 23 voor het aanvullen van het prospectus van toepassing.
11.
Een uitgevende instelling die aan de voorwaarden vervat in lid 2, eerste of tweede alinea, dan wel in lid 3 van dit artikel voldoet, heeft de status van frequent uitgevende instelling, en geniet het voordeel van de snellere goedkeuringsprocedure overeenkomstig artikel 20, lid 6, op voorwaarde dat:
- a)
de uitgevende instelling bij de deponering of voorlegging ter goedkeuring van elk universeel registratiedocument een schriftelijke bevestiging aan de bevoegde autoriteit verstrekt dat, voor zover haar bekend, alle gereglementeerde informatie die overeenkomstig Richtlijn 2004/109/EG, indien toepasselijk, en overeenkomstig Verordening (EU) nr. 596/2014 moest worden verstrekt, in de loop van de laatste 18 maanden of sinds de toepassing van de verplichting tot openbaarmaking van gereglementeerde informatie, indien die periode korter is, overeenkomstig die handelingen is gedeponeerd en gepubliceerd, en
- b)
indien de bevoegde autoriteit tot de in lid 8 bedoelde toetsing is overgegaan, de uitgevende instelling haar universele registratiedocument overeenkomstig lid 9 heeft gewijzigd.
Indien de uitgevende instelling niet aan één van de bovengenoemde voorwaarden voldoet, verliest zij de status van frequent uitgevende instelling.
12.
Indien het bij de bevoegde autoriteit gedeponeerde of door de bevoegde autoriteit goedgekeurde universele registratiedocument uiterlijk vier maanden na het einde van het boekjaar openbaar wordt gemaakt, en de informatie bevat die in het in artikel 4 van Richtlijn 2004/109/EG bedoelde jaarlijkse financiële verslag moet worden verstrekt, wordt de uitgevende instelling geacht te hebben voldaan aan haar verplichting om het krachtens genoemd artikel verplichte jaarlijkse financiële verslag openbaar te maken.
Indien het universele registratiedocument, of een wijziging daarvan, bij de bevoegde autoriteit wordt gedeponeerd of door de bevoegde autoriteit wordt goedgekeurd, en uiterlijk drie maanden na het einde van de eerste zes maanden van het boekjaar openbaar wordt gemaakt en de informatie bevat die in het in artikel 5 van Richtlijn 2004/109/EG bedoelde halfjaarlijkse financiële verslag moet worden verstrekt, wordt de uitgevende instelling geacht te hebben voldaan aan haar verplichting om het krachtens genoemd artikel vereiste halfjaarlijkse financiële verslag openbaar te maken.
In de in de eerste en tweede alinea bedoelde gevallen:
- a)
neemt de uitgevende instelling in het universele registratiedocument een lijst met kruisverwijzingen op waarin is aangegeven waar elk in de jaarlijkse en halfjaarlijkse financiële verslagen te vermelden punt in het universele registratiedocument te vinden is;
- b)
deponeert de uitgevende instelling het universele registratiedocument in overeenstemming met artikel 19, lid 1, van Richtlijn 2004/109/EG en stelt zij dit ter beschikking van het in artikel 21, lid 2, van die Richtlijn bedoelde officieel aangewezen mechanisme;
- c)
neemt de uitgevende instelling in het universele registratiedocument een verantwoordelijkheidsverklaring op met gebruikmaking van de bij artikel 4, lid 2, onder c), en artikel 5, lid 2, onder c), van Richtlijn 2004/109/EG voorgeschreven bewoordingen.
13.
Lid 12 is uitsluitend van toepassing indien de lidstaat van herkomst van de uitgevende instelling voor de toepassing van deze verordening ook de lidstaat van herkomst voor de toepassing van Richtlijn 2004/109/EG is, en indien de taal van het universele registratiedocument aan de voorwaarden van artikel 20 van die Richtlijn voldoet.
14.
De Commissie dient uiterlijk op 21 januari 2019 overeenkomstig artikel 44 gedelegeerde handelingen vast te stellen ter aanvulling van deze verordening met de criteria voor de controle en de toetsing van het universele registratiedocument en eventuele wijzigingen ervan, en de procedures voor de goedkeuring en de deponering van die documenten, alsmede de voorwaarden waaronder de status van frequent uitgevende instelling is komen te vervallen.
Voetnoten
Verordening (EG) nr. 809/2004 van de Commissie van 29 april 2004 tot uitvoering van Richtlijn 2003/71/EG van het Europees Parlement en de Raad wat de in het prospectus te verstrekken informatie, de vormgeving van het prospectus, de opneming van informatie door middel van verwijzing, de publicatie van het prospectus en de verspreiding van reclame betreft (PB L 149 van 30.4.2004, blz. 1).