NJFS 2013/208
Geen uitdrukkelijk en ernstig verlangen cfm. art. 293 Sr; veroordeling wegens moord.
Rb. Gelderland 20-03-2020, ECLI:NL:RBGEL:2020:2055
- Instantie
Rechtbank Gelderland
- Datum
20 maart 2020
- Magistraten
Mrs. H.P.M. Kester-Bik, M.F. Gielissen, L.C.P. Goossens
- Zaaknummer
05/701707-12
- Vakgebied(en)
Materieel strafrecht / Delicten Wetboek van Strafrecht
- Brondocumenten
ECLI:NL:RBGEL:2020:2055, Uitspraak, Rechtbank Gelderland, 20‑03‑2020
ECLI:NL:RBGEL:2013:1663, Uitspraak, Rechtbank Gelderland, 17‑07‑2013
- Wetingang
Essentie
De verklaring van verdachte dat het slachtoffer en hij samen hadden besloten een einde aan hun leven te maken en een briefje van het slachtoffer met dezelfde woorden is onvoldoende om aan te nemen dat bij het slachtoffer sprake was van een ondubbelzinnig kenbaar gemaakte serieuze, weloverwogen en duurzame wil, en daarmee van een uitdrukkelijk en ernstig verlangen als bedoeld in art. 293 Sr. Volgt veroordeling wegens moord.
Partij(en)
Vonnis in de zaak tegen verdachte. Adv. mr. M. Stoetzer-van Esch, te Lent.
Uitspraak
Rechtbank:
1. De inhoud van de tenlastelegging
Aan verdachte is na ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.