Einde inhoudsopgave
Uitvoeringsregeling Meststoffenwet
Artikel 69r
Geldend
Geldend vanaf 01-01-2024
- Bronpublicatie:
11-11-2022, Stcrt. 2022, 30962 (uitgifte: 21-11-2022, regelingnummer: WJZ /22254646)
- Inwerkingtreding
01-01-2024
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
14-12-2023, Stcrt. 2023, 35183 (uitgifte: 21-12-2023, regelingnummer: WJZ/ 43375439)
- Vakgebied(en)
Agrarisch recht (V)
Milieurecht / Bodem
1.
Indien en voor zover sprake is van een uitzonderlijke situatie waarin de software-applicatie, bedoeld in artikel 69m, naar het oordeel van de minister niet toereikend is, worden de gegevens met betrekking tot het vervoer vermeld op een daartoe door de minister beschikbaar gesteld middel.
2.
In de volgende situaties is de software-applicatie, bedoeld in artikel 69m, naar het oordeel van de minister in ieder geval niet toereikend:
- a.
de door de minister of door een andere partij beschikbaar gestelde software-applicatie, bedoeld in artikel 69o, eerste lid, functioneert niet naar behoren;
- b.
het besturingssysteem van de door de minister of door een andere partij beschikbaar gestelde software-applicatie, bedoeld in artikel 69o, eerste lid, functioneert niet naar behoren;
- c.
voor de door de minister of door een andere partij beschikbaar gestelde software-applicatie, bedoeld in artikel 69o, eerste lid, is een update vereist en deze kan door een storing in het externe updatemiddel niet plaatsvinden;
- d.
er zijn geen rVDM-nummers beschikbaar die benodigd zijn bij het gebruik van de applicatie.
3.
Ingeval een door een andere partij beschikbaar gestelde software-applicatie wordt gebruikt en een situatie, bedoeld in het tweede lid, doet zich voor, gelden de volgende beperkingen: voor het gebruik van het middel, bedoeld in het eerste lid:
- a.
enkel gedurende de dag waarop deze software-applicatie niet naar behoren functioneert en de volgende werkdag mag gebruik worden gemaakt van het middel, bedoeld in het eerste lid;
- b.
indien na de periode, genoemd in onderdeel a, de betreffende software-applicatie nog steeds niet naar behoren functioneert, wordt ofwel gebruik gemaakt van de door de minister beschikbaar gestelde software-applicatie, ofwel van een door een andere dan de oorspronkelijke partij beschikbaar gestelde applicatie.
4.
In aanvulling op het tweede lid, kan de minister in concrete gevallen besluiten dat de software-applicatie, bedoeld in artikel 69m, niet toereikend is.