NJB 2019/1447:Vergoeding van immateriële schade bij overschrijding van de redelijke termijn voor berechting van het geschil: (i) dat dezelfde zetel die de hoofdzaak heeft behandeld ook op schadevergoedingsverzoek beslist, leidt op zichzelf niet tot een inbreuk op de door artikel 6 EVRM en artikel 47 van het Handvest vereiste onpartijdigheid en onafhankelijkheid van de rechter, (ii) de enkele omstandigheid dat een gemachtigde in (zeer) vele zaken standaard, al dan niet in dezelfde volgorde, dezelfde stellingen aanvoert, is onvoldoende om een verknochtheid aan te nemen die een rechtvaardiging kan vormen voor een langere termijn voor berechting. Bij een veroordeling tot vergoeding van betaald griffierecht brengt het Unierecht niet mee dat rente wordt vergoed die gederfd vanaf de dag van betaling van het griffierecht