Einde inhoudsopgave
Besluit activiteiten leefomgeving
Artikel 4.1353 (lucht: meetplicht)
Geldend
Geldend vanaf 01-01-2024
- Bronpublicatie:
22-08-2022, Stb. 2022, 320 (uitgifte: 24-08-2022, kamerstukken/regelingnummer: -)
16-09-2020, Stb. 2020, 400 (uitgifte: 28-10-2020, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Inwerkingtreding
01-01-2024
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
05-04-2023, Stb. 2023, 113 (uitgifte: 07-04-2023, kamerstukken/regelingnummer: -)
05-04-2023, Stb. 2023, 113 (uitgifte: 07-04-2023, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Overige regelgevende instantie(s)
Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties
Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid
Ministerie van Economische Zaken en Klimaat
Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap
- Vakgebied(en)
Omgevingsrecht / Algemeen
Omgevingsrecht / Omgevingswet
1.
Er wordt periodiek of continu gemeten of aan de emissiegrenswaarden van stikstofoxiden, zwaveldioxide en totaal stof wordt voldaan.
2.
De emissieconcentratie van stikstofoxiden, zwaveldioxide, ammoniak en totaal stof van een stookinstallatie wordt continu gemeten als emissiereductietechnieken worden toegepast.
3.
In afwijking van het tweede lid kan periodiek worden gemeten als een logboek wordt bijgehouden waaruit blijkt dat de emissiereductietechnieken continu in bedrijf zijn en de emissiegrenswaarden die van toepassing zijn niet worden overschreden.
4.
De emissieconcentraties van stoffen waarvoor emissiegrenswaarden zijn vastgesteld, worden voor een vervangende stookinstallatie als bedoeld in artikel 4.1351 binnen vier weken na de inbedrijfstelling van die vervangende installatie periodiek gemeten.
5.
De meting van zwaveldioxide is niet verplicht als aan de emissiegrenswaarden wordt voldaan door brandstof te stoken met een bekend zwavelgehalte bij een stookinstallatie die niet is uitgerust met apparatuur voor het verminderen van de emissie van zwaveldioxide.