Einde inhoudsopgave
Besluit Onderzoeksraad voor veiligheid
Artikel 1
Geldend
Geldend vanaf 16-06-2019
- Bronpublicatie:
27-05-2019, Stb. 2019, 203 (uitgifte: 11-06-2019, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Inwerkingtreding
16-06-2019
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
27-05-2019, Stb. 2019, 203 (uitgifte: 11-06-2019, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Staatsrecht / Bestuur
Openbare orde en veiligheid / Algemeen
1.
In dit besluit wordt verstaan onder:
- a.
rijkswet: Rijkswet Onderzoeksraad voor veiligheid;
- b.
scheepvaartongeval: een gebeurtenis die heeft geresulteerd in het volgende:
- 1°
dodelijk of ernstig letsel aan een persoon overkomen, dat is veroorzaakt door of samenhangt met het functioneren van een schip;
- 2°
de vermissing van een persoon vanaf een schip, die is veroorzaakt door of samenhangt met het functioneren van het schip;
- 3°
de vermissing, vermoedelijke vermissing of het verlaten van een schip;
- 4°
schade aan een schip;
- 5°
het stranden of onbruikbaar worden van een schip;
- 6°
de betrokkenheid van een schip bij een aanvaring;
- 7°
schade die is veroorzaakt door of samenhangt met het functioneren van een schip;
- 8°
schade aan het milieu die is veroorzaakt door schade aan een of meerdere schepen, welke het gevolg is van of samenhangt met het functioneren van een schip;
- c.
zeer ernstig scheepvaartongeval: een gebeurtenis die heeft geresulteerd in:
- 1°
het overlijden van een persoon, dat het gevolg is van of samenhangt met het functioneren van een schip;
- 2°
zeer ernstige schade aan het milieu, die is veroorzaakt door schade aan een of meerdere schepen, welke het gevolg is van of samenhangt met het functioneren van een schip; of
- 3°
een schip dat total loss is;
- d.
ernstig scheepvaartongeval: een gebeurtenis, zijnde een brand, een ontploffing, een stranding, een aanvaring, zwaar weer, ijsgang, het falen van de constructie, of een andere oorzaak, die heeft geresulteerd in:
- 1°
schade aan de voortstuwing, of ernstige schade aan accommodatie of de constructie van een schip, die de zeewaardigheid daarvan aantast;
- 2°
het onmanoeuvreerbaar worden van een schip waardoor hulp van buiten noodzakelijk is, of
- 3°
verontreiniging van het mariene milieu;
- e.
scheepvaartincident: een gebeurtenis, geen scheepvaartongeval zijnde, veroorzaakt door of samenhangend met het functioneren van een schip en waarbij de veiligheid van het schip of van personen in gevaar is gebracht of waardoor ernstige schade aan het schip, aan mijnbouwinstallaties of aan het mariene milieu zou kunnen ontstaan;
- f.
luchtvaartongeval: een gebeurtenis die samenhangt met het gebruik van een luchtvaartuig en plaatsvindt tussen het tijdstip waarop een persoon zich aan boord begeeft met het voornemen een vlucht uit te voeren en het tijdstip waarop alle personen die zich met dit voornemen aan boord hebben begeven, zijn uitgestapt, en waarbij:
- 1°
een persoon dodelijk of ernstig letsel heeft opgelopen als gevolg van het zich in het luchtvaartuig bevinden, direct contact met een onderdeel van het luchtvaartuig, inclusief de onderdelen die van het luchtvaartuig zijn losgeraakt of directe blootstelling aan de uitlaatstroom van de reactoren, behalve wanneer de letsels een natuurlijke oorzaak hebben, door de persoon zelf of door anderen zijn toegebracht, of wanneer de letsels verstekelingen treffen die zich buiten de normale voor passagiers en het personeel bedoelde ruimten ophouden, of
- 2°
het luchtvaartuig schade of een structureel defect oploopt, waardoor afbreuk wordt gedaan aan zijn soliditeit, prestaties of vluchtkenmerken en die normaliter ingrijpende herstelwerkzaamheden of vervanging van het getroffen onderdeel noodzakelijk zouden maken, behalve wanneer het gaat om motorstoring of motorschade en de schade beperkt is tot de motor, de motorkap of motoronderdelen, dan wel om schade die beperkt is tot de propellers, de vleugelpunten, de antennes, de banden, de remmen, de stroomlijnkappen of tot deukjes of gaatjes in de vliegtuighuid, of
- 3°
het luchtvaartuig vermist wordt of volledig onbereikbaar is;
- g.
luchtvaartincident: een gebeurtenis, geen luchtvaartongeval zijnde, die samenhangt met het functioneren van een luchtvaartuig en afbreuk doet of zou kunnen doen aan een veilige vluchtuitvoering;
- h.
ernstig luchtvaartincident: luchtvaartincident dat zich voordoet onder omstandigheden die erop wijzen dat bijna een luchtvaartongeval heeft plaatsgevonden;
- i.
dodelijk letsel: letsel door een persoon bij een ongeval opgelopen, dat binnen dertig dagen na het tijdstip van het ongeval de dood tot gevolg heeft;
- j.
ernstig letsel:
- 1°
met betrekking tot een scheepvaartongeval: letsel door een persoon bij een ongeval opgelopen, dat resulteert in een uitschakeling voor meer dan 72 uur, beginnend binnen zeven dagen na de datum waarop het letsel werd opgelopen;
- 2°
met betrekking tot een luchtvaartongeval: letsel door een persoon bij een ongeval opgelopen, dat:
- A.
opneming in een ziekenhuis gedurende meer dan 48 uur vereist, welke aanvangt binnen zeven dagen na het oplopen van het letsel, of
- B.
de breuk van een bot tot gevolg heeft, uitgezonderd enkelvoudige breuken van vingers, tenen of de neus, of
- C.
gepaard gaat met scheurwonden die ernstige bloedingen of beschadigingen van zenuwen, spieren of pezen veroorzaken, of
- D.
gepaard gaat met letsel aan een inwendig orgaan, of
- E.
gepaard gaat met tweedegraads of derdegraads brandwonden of brandwonden over meer dan 5% van het lichaamsoppervlak, of
- F.
gepaard gaat met geconstateerde blootstelling aan besmettelijke stoffen of schadelijke straling;
- k.
staat van ontwerp: staat die rechtsmacht heeft over de organisatie die verantwoordelijk is voor het ontwerp van een luchtvaartuig;
- l.
staat van vervaardiging: staat die rechtsmacht heeft over de organisatie, die verantwoordelijk is voor de vervaardiging van een luchtvaartuig als zodanig;
- m.
staat van het voorval: staat op of boven het grondgebied waarvan, de territoriale wateren daaronder begrepen, een luchtvaartongeval of luchtvaartincident plaatsvindt;
- n.
staat van de exploitant: staat waarin de exploitant van een luchtvaartuig zijn voornaamste plaats van bedrijvigheid heeft of, bij gebreke daarvan, de exploitant is gevestigd;
- o.
staat van registratie: staat waar een luchtvaartuig is geregistreerd;
- p.
exploitant van een luchtvaartuig: iedere natuurlijk persoon, iedere rechtspersoon met of zonder winstoogmerk of ieder overheidslichaam met of zonder rechtspersoonlijkheid dat een of meer luchtvaartuigen exploiteert of voornemens is te exploiteren;
- q.
staat met aanmerkelijk belang: in geval van een voorval met een zeeschip, staat die tot een van de bij ministeriële regeling aangewezen categorieën behoort;
- r.
spoorweg: een spoorwegsysteem van de Europese Unie als bedoeld in artikel 3, aanhef en onder 1, van de spoorwegveiligheidsrichtlijn, voor zover dat systeem is aangewezen in het Besluit aanwijzing hoofdspoorwegen;
- s.
ernstig ongeval in verband met een spoorweg: een botsing of ontsporing van treinen, waarbij ten minste één persoon omkomt of vijf of meer personen ernstig gewond raken of grote schade aan het rollend materieel, de infrastructuur of het milieu wordt veroorzaakt, dan wel een soortgelijk ongeval dat duidelijk consequenties heeft voor de regelgeving op het gebied van de veiligheid op het spoor of het veiligheidsbeheer, waarbij onder ‘grote schade’ wordt verstaan schade waarvan de totale kosten onmiddellijk door de onderzoekende instantie op ten minste € 2 miljoen kunnen worden geraamd;
- t.
spoorwegveiligheidsrichtlijn: richtlijn (EU) 2016/798 van het Europees Parlement en de Raad van 11 mei 2016 inzake veiligheid op het spoor (PbEU 2016, L 138);
- u.
Nederlandse spoorwegveiligheidsinstantie: de door Onze Minister van Infrastructuur en Waterstaat aangewezen dienst, belast met de taken van de nationale veiligheidsinstantie, bedoeld in artikel 3, onderdeel 7, van de spoorwegveiligheidsrichtlijn;
- v.
Europees Spoorwegbureau: het Spoorwegbureau van de Europese Unie, bedoeld in Verordening (EU) 2016/796 van het Europees Parlement en de Raad van 11 mei 2016 betreffende het Spoorwegbureau van de Europese Unie en tot intrekking van Verordening (EG) nr. 881/2004 (PbEU 2016, L 138).
2.
Onder een luchtvaartongeval wordt mede verstaan een gebeurtenis die samenhangt met het gebruik van een onbemand luchtvaartuig en plaatsvindt tijdens de periode vanaf de start tot en met de landing en waarbij de in het eerste lid onderdeel d onder 1 tot en met 3 genoemde gevolgen zich hebben voorgedaan.