NJ 2018/372:Aansprakelijkheidsrecht. Beroepsaansprakelijkheid; maatstaf. Onrechtmatig handelen advocaat jegens processuele wederpartij van cliënt in verband met leggen van beslag en voeren van procedure.

NJ 2018/372

Aansprakelijkheidsrecht. Beroepsaansprakelijkheid; maatstaf. Onrechtmatig handelen advocaat jegens processuele wederpartij van cliënt in verband met leggen van beslag en voeren van procedure.

Documentgegevens:

Hof 's-Hertogenbosch 07-02-2017, ECLI:NL:GHSHE:2017:419

Instantie: Hof 's-Hertogenbosch
Datum: 7 februari 2017
Magistraten: Mrs. M.G.W.M. Stienissen, J.R. Sijmonsma, Th.C.M. Hendriks-Jansen
Zaaknummer: 200.175.868/01
Noot: Red. Aant.
Folio weergave: Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
JCDI: JCDI:ADS167797:1
Vakgebied(en): Verbintenissenrecht / Aansprakelijkheid
Juridische beroepen / Advocaat
Brondocumenten: ECLI:NL:GHSHE:2017:419, Uitspraak, Hof 's-Hertogenbosch, 07‑02‑2017
Wetingang: Art. 6:162 BW; art. 8:76 Awb

Essentie

Aansprakelijkheidsrecht. Beroepsaansprakelijkheid; maatstaf.

Onrechtmatig handelen advocaat jegens processuele wederpartij van cliënt in verband met leggen van beslag en voeren van procedure.

Samenvatting

Advocaat heeft als gemachtigde, voor een niet bestaande vordering van zijn cliënte, beslag laten leggen onder de Sociale Verzekeringsbank (SVB). Daardoor was de SVB genoodzaakt bij kort geding opheffing van het beslag te vorderen, welke vordering is toegewezen. Verder heeft de gemachtigde, terwijl inmiddels duidelijk was dat zijn cliënte geen recht had op betaling, een vordering ingesteld tot veroordeling van de SVB om een bedrag van € 113.686 te betalen. Volgens de SVB heeft de gemachtigde met deze ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.