RCR 2021/34
Overheidsprivaatrecht. Is het schenden van een contractuele inspanningsverbintenis om tijdig te beslissen een bijkomende omstandigheid die tezamen genomen met de overschrijding van de wettelijke beslistermijn aansprakelijkheid vestigt?
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
5 maart 2021
- Magistraten
Mrs. C.A. Streefkerk, G. Snijders, H.M. Wattendorff, F.J.P. Lock, A.E.B. ter Heide
- Zaaknummer
19/03830
- Conclusie
A-G mr. R.H. de Bock
- Folio weergave
- JCDI
JCDI:ADS274207:1
- Vakgebied(en)
Bouwrecht / Bouwen
Ruimtelijk bestuursrecht / Ruimtelijke ordening
Bestuursrecht algemeen / Overheid en privaatrecht
Verbintenissenrecht / Aansprakelijkheid
Bestuursrecht algemeen / Besluit (algemeen)
Verbintenissenrecht / Algemeen
Verbintenissenrecht / Onrechtmatige daad
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2021:339, Uitspraak, Hoge Raad, 05‑03‑2021
ECLI:NL:PHR:2020:797, Conclusie, Hoge Raad (Parket), 11‑09‑2020
Beroepschrift, Hoge Raad, 25‑10‑2019
Beroepschrift, Hoge Raad, 27‑09‑2019
- Wetingang
Essentie
Overheidsprivaatrecht. Exploitatieovereenkomst. Inspanningsverplichting. Aansprakelijkheid voor schade. Overschrijding wettelijke beslistermijn.
Is het schenden van een contractuele inspanningsverbintenis om tijdig te beslissen een bijkomende omstandigheid die tezamen genomen met de overschrijding van de wettelijke beslistermijn aansprakelijkheid vestigt?
Samenvatting
Eiseres, die voornemens is om op twee percelen verschillende woningen te bouwen (het project), heeft in dit kader een koop-/aannemingsovereenkomst gesloten met B en een exploitatieovereenkomst met de Gemeente Venray. In deze laatste overeenkomst is in art. V onder meer opgenomen dat de Gemeente zich verplicht om zich in te spannen om op basis van een goede ruimtelijke ordening alle ter ...