NJ 2011/595
Wet bescherming persoonsgegevens. Verzoek tot verwijdering persoonsgegevens; bij verwerking persoonsgegevens in aanmerking te nemen beginselen; belangenafweging; maatstaf.
HR 09-09-2011, ECLI:NL:HR:2011:BQ8097, m.nt. E.J. Dommering (Santander)
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
9 september 2011
- Magistraten
Mrs. E.J. Numann, A. Hammerstein, F.B. Bakels, C.A. Streefkerk, G. Snijders
- Zaaknummer
10/03988
- Conclusie
A-G Verkade
- Noot
E.J. Dommering
- LJN
BQ8097
- Roepnaam
Santander
- JCDI
JCDI:ADS96617:1
- Vakgebied(en)
Internationaal publiekrecht / Mensenrechten
Internationaal belastingrecht / Algemeen
Bestuursrecht algemeen (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2011:BQ8097, Uitspraak, Hoge Raad, 09‑09‑2011
ECLI:NL:PHR:2011:BQ8097, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 09‑06‑2011
Beroepschrift, Hoge Raad, 08‑09‑2010
- Wetingang
Essentie
Wet bescherming persoonsgegevens. Verzoek tot verwijdering persoonsgegevens; bij verwerking persoonsgegevens in aanmerking te nemen beginselen; belangenafweging; maatstaf.
De Wet bescherming persoonsgegevens (Wbp) moet worden uitgelegd in overeenstemming met het bepaalde in art. 8 EVRM. Bij elke gegevensverwerking moet zijn voldaan aan de beginselen van proportionaliteit en subsidiariteit. Dit een en ander brengt met zich dat de inbreuk op de belangen van betrokkene niet onevenredig mag zijn in verhouding tot het met de verwerking te dienen doel, en dat dit doel in redelijkheid niet op een andere, voor de betrokkene minder nadelige, ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.