V-N 2017/28.3
Onschuldpresumptie kan in fiscale procedure volgend op strafrechtelijk sepot van toepassing zijn
HR 02-06-2017, ECLI:NL:HR:2017:958, m.nt. Redactie Vakstudie Nieuws
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
2 juni 2017
- Magistraten
Overgaauw, Punt, Van Loon, Van Kalmthout, Van Hilten
- Zaaknummer
15/05179
- Noot
Redactie Vakstudie Nieuws
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- JCDI
JCDI:ADS926539:1
- Vakgebied(en)
Europees belastingrecht / Mensenrechten
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2017:958, Uitspraak, Hoge Raad, 02‑06‑2017
Beroepschrift, Hoge Raad, 02‑06‑2017
- Wetingang
art. 6 EVRM
Essentie
De Hoge Raad spreekt zich uit over de gevolgen van een strafrechtelijk depot voor daarop volgende belastingheffing en beboeting.
Samenvatting
Belanghebbende, X, huurt voor zijn onderneming een bedrijfspand. Nadat de politie in 2010 een hennepkwekerij heeft aangetroffen, verhoogt de inspecteur het aangegeven inkomen van X met inkomsten uit hennepteelt. Hof Den Haag acht dit terecht, ondanks het feit dat het Openbaar Ministerie de strafzaak tegen X heeft geseponeerd.
De Hoge Raad spreekt zich uit over de gevolgen van een strafrechtelijk sepot voor daarop volgende belastingheffing en beboeting. Het gaat dan om situaties waarin het niet tot een rechterlijke ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.