Einde inhoudsopgave
Wetboek van Strafvordering
Artikel 59c [Beroep tegen invrijheidstelling]
Geldend
Geldend vanaf 01-10-1994
- Redactionele toelichting
Deze wijziging is van toepassing op bevelen tot inverzekeringstelling welke zijn gegeven na het tijdstip van inwerkingtreding van deze wijziging.
- Bronpublicatie:
21-04-1994, Stb. 1994, 307 (uitgifte: 01-01-1994, kamerstukken: Staten-Generaal Digitaal: 21225 Overheid.nl: 21225)
- Inwerkingtreding
01-10-1994
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
17-08-1994, Stb. 1994, 646 (uitgifte: 01-01-1994, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Strafprocesrecht / Voorfase
1.
Tegen een beschikking van de rechter-commissaris tot onmiddellijke invrijheidstelling van de verdachte op de voet van artikel 59a, vijfde lid, staat voor de officier van justitie binnen veertien dagen daarna bij de rechtbank hoger beroep open.
2.
De verdachte wordt, tenzij de rechtbank reeds aanstonds tot afwijzing van het hoger beroep besluit, gehoord althans behoorlijk opgeroepen. De rechtbank kan diens medebrenging gelasten.
3.
De rechtbank beslist zo spoedig mogelijk. De beschikking is met redenen omkleed en wordt schriftelijk ter kennis van de officier van justitie en de verdachte gebracht.