RvdW 2020/1122
Schadevergoedingsrecht. Eigen schuld benadeelde (art. 6:101 lid 1 BW); causaliteitsafweging en billijkheidscorrectie; motivering.
HR 16-10-2020, ECLI:NL:HR:2020:1628
- Instantie
Hoge Raad (Civiele kamer)
- Datum
16 oktober 2020
- Magistraten
Mrs. C.A. Streefkerk, M.V. Polak, T.H. Tanja-van den Broek, H.M. Wattendorff, F.J.P. Lock
- Zaaknummer
18/05551
- Conclusie
A-G mr. B.J. Drijber
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- Vakgebied(en)
Verbintenissenrecht / Schadevergoeding
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2020:1628, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 16‑10‑2020
ECLI:NL:PHR:2020:393, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 17‑04‑2020
Beroepschrift, Hoge Raad, 27‑12‑2018
- Wetingang
Art. 6:101 lid 1 BW
Essentie
Schadevergoedingsrecht. Eigen schuld benadeelde (art. 6:101 lid 1 BW); causaliteitsafweging en billijkheidscorrectie; motivering.
Samenvatting
De rechter dient in de motivering van zijn oordeel over de vermindering van de vergoedingsplicht wegens eigen schuld van de benadeelde voldoende duidelijk tot uitdrukking te brengen dat hij de door art. 6:101 lid 1 BW voorgeschreven causaliteitsafweging heeft verricht, of, en zo ja in hoeverre, hij de in die bepaling bedoelde billijkheidscorrectie heeft toegepast, en in dat laatste verband op welke wijze hij de uiteenlopende ernst van de gemaakte fouten en de overige omstandigheden van het geval in zijn ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.