RvdW 2017/1119
De inhoud van het verzendrapport biedt voldoende grond voor het ernstige vermoeden dat de stelbrief van de raadsman ter griffie van het hof is ontvangen doch aldaar in het ongerede is geraakt. Niet naleving art. 51 tweede volzin (oud) Sv ten aanzien van appeldagvaarding.
HR 10-10-2017, ECLI:NL:HR:2017:2653
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
10 oktober 2017
- Magistraten
Mrs. J. de Hullu, E.S.G.N.A.I. van de Griend, M.J. Borgers
- Zaaknummer
15/04856
- Conclusie
A-G mr. T.N.B.M. Spronken
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- Vakgebied(en)
Strafprocesrecht / Rechtsmiddelen
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2017:2653, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 10‑10‑2017
ECLI:NL:PHR:2017:1080, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 11‑07‑2017
Essentie
De inhoud van het verzendrapport biedt voldoende grond voor het ernstige vermoeden dat de stelbrief van de raadsman ter griffie van het hof is ontvangen doch aldaar in het ongerede is geraakt. Niet naleving art. 51 tweede volzin (oud) Sv ten aanzien van appeldagvaarding.
Partij(en)
Arrest op het beroep in cassatie tegen een arrest van het Gerechtshof Den Haag van 14 maart 2014, nummer 22/003170-13, in de strafzaak tegen: [verdachte], adv.: mr. J.M. Lintz, te 's-Gravenhage.
Conclusie
Conclusie A-G mr. T.N.B.M. Spronken:
1. De verdachte is bij arrest van 14 maart 2014 door het Gerechtshof Den Haag ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.