RvdW 2019/528
Bewijsrecht. Onderhandse akte; stellige ontkenning handtekening; bewijslast echtheid handtekening. Passeren bewijsaanbod omdat geen deskundigenbewijs is aangeboden?
HR 12-04-2019, ECLI:NL:HR:2019:572
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
12 april 2019
- Magistraten
Mrs. E.J. Numann, A.H.T. Heisterkamp, T.H. Tanja-van den Broek, C.H. Sieburgh, H.M. Wattendorff
- Zaaknummer
18/01079
- Conclusie
A-G mr. M.H. Wissink
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- Vakgebied(en)
Burgerlijk procesrecht / Bewijs
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2019:572, Uitspraak, Hoge Raad, 12‑04‑2019
ECLI:NL:PHR:2019:238, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 08‑02‑2019
- Wetingang
Essentie
Bewijsrecht. Onderhandse akte; stellige ontkenning handtekening; bewijslast echtheid handtekening. Passeren bewijsaanbod omdat geen deskundigenbewijs is aangeboden?
Samenvatting
Ingevolge art. 156 lid 1 Rv is vereist dat een stuk is bestemd om tot bewijs te dienen en is ondertekend door degene tegen wie het wordt gebruikt. Art. 159 lid 2 Rv, waaruit blijkt dat de onderhandse akte uitwendige bewijskracht mist, brengt mee dat indien de persoon aan wie een stuk als onderhandse akte wordt tegengeworpen, stellig ontkent dat de onder het stuk aanwezige handtekening van hem afkomstig is, aan het stuk geen enkele bewijskracht toekomt, ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.