Einde inhoudsopgave
Mijnbouwwet
Artikel 29[Beperkingen en voorschriften opslagvergunning]
Geldend
Geldend vanaf 01-01-2024
- Bronpublicatie:
12-02-2020, Stb. 2020, 172 (uitgifte: 17-06-2020, kamerstukken: 34986)
- Inwerkingtreding
01-01-2024
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
05-04-2023, Stb. 2023, 113 (uitgifte: 07-04-2023, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Milieurecht / Mijnbouw
Energierecht (V)
1.
Een opslagvergunning kan voorts onder andere beperkingen dan die bedoeld in artikel 28 worden verleend. Aan een vergunning kunnen voorschriften worden verbonden.
2.
De beperkingen en voorschriften, anders dan de voorschriften op grond van artikel 98, kunnen slechts worden gerechtvaardigd door het belang van de veiligheid voor omwonenden, het voorkomen van schade aan gebouwen of infrastructurele werken of de functionaliteit daarvan, de landsverdediging of het planmatig gebruik of beheer van delfstoffen, aardwarmte, andere natuurlijke rijkdommen, waaronder grondwater met het oog op de winning van drinkwater, of mogelijkheden tot het opslaan van stoffen.
3.
In afwijking van het tweede lid kunnen aan een vergunning voor permanent opslaan van CO2 ook beperkingen en voorschriften als bedoeld in artikel 31d, eerste lid, worden verbonden.
4.
In aanvulling op het tweede lid kan een vergunning onder beperkingen worden verleend of kunnen aan een vergunning voorschriften worden verbonden:
- a.
in verband met de manier waarop de aanvrager de activiteiten voor het opslaan van stoffen verricht of voornemens is te verrichten, waaronder de daarbij te gebruiken technieken, hulpmiddelen of stoffen,
- b.
in verband met bij of krachtens een algemene maatregel van bestuur als bedoeld in artikel 2.24 van de Omgevingswet voor een gebied op land, respectievelijk in de territoriale zee, bedoeld in artikel 1, eerste lid, van de Wet grenzen Nederlandse territoriale zee, gestelde regels over het opslaan van stoffen door middel van een installatie,
- c.
in verband met bij of krachtens een algemene maatregel van bestuur als bedoeld in artikel 49 gestelde regels over:
- 1°
het geheel of gedeeltelijk uitsluiten van een gebied voor het opslaan van stoffen,
- 2°
de diepte waarop een activiteit plaatsvindt,
- 3°
de soort activiteit, of
- 4°
de soort stof die wordt opgeslagen.