Einde inhoudsopgave
RvdW 2010, 22
Verwijzing naar processtukken in aantekening mondeling arrest. Evenement in art. 2.17 APV Amsterdam.
HR 08-12-2009, ECLI:NL:HR:2009:BK5605
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
8 december 2009
- Magistraten
Mrs. A.J.A. van Dorst, H.A.G. Splinter-van Kan, W.F. Groos
- Zaaknummer
S 07/13550
- Conclusie
A-G Vegter
- LJN
BK5605
- Vakgebied(en)
Onbekend (V)
Strafprocesrecht / Rechtsmiddelen
Strafprocesrecht / Terechtzitting en beslissingsmodel
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2009:BK5605, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 08‑12‑2009
- Wetingang
Sv art. 359 lid 3, 425 lid 3 ; Regeling aantekening mondeling vonnis door politierechter, kinderrechter, economische politierechter, de kantonrechter en de enkelvoudige kamer voor behandeling in strafzaken in hoger beroep art. 3; APV Amsterdam art. 2.17
Essentie
1. De opvatting dat in de aantekening van het mondeling arrest wat betreft de inhoud van de gebezigde bewijsmiddelen slechts bij een bekennende verdachte mag worden verwezen naar de processtukken, vindt geen steun in het recht.
2. Onder evenement in de zin van art. 2.17, tweede lid APV Amsterdam zijn ook voetbalwedstrijden begrepen. De uitzondering van voetbalwedstrijden in art. 2.11 APV is niet van toepassing.
Partij(en)
Arrest op het beroep in cassatie tegen een arrest van het Gerechtshof te Amsterdam, Enkelvoudige Kamer, van 27 november 2007, nummer 23/002579-07, in de strafzaak tegen: R.A. v.d. ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.