NJ 2022/249
Een Instagram-account is noch een zaak, noch een vermogensrecht en dus geen voor verbeurdverklaring vatbaar voorwerp als bedoeld in art. 94 lid 2 Sv.
HR 24-05-2022, ECLI:NL:HR:2022:687, m.nt. N. Keijzer
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
24 mei 2022
- Magistraten
Mrs. V. van den Brink, Y. Buruma, T. Kooijmans
- Zaaknummer
21/01245
- Conclusie
A-G mr. A.E. Harteveld
- Noot
N. Keijzer
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- JCDI
JCDI:ADS659525:1
- Vakgebied(en)
Strafprocesrecht / Rechtsmiddelen
Materieel strafrecht / Sancties
Goederenrecht / Algemeen
Strafprocesrecht / Voorfase
Informatierecht / ICT
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2022:687, Uitspraak, Hoge Raad, 24‑05‑2022
ECLI:NL:PHR:2022:220, Conclusie, Hoge Raad (Parket), 08‑03‑2022
Beroepschrift, Hoge Raad, 10‑05‑2021
- Wetingang
Essentie
Beklag na beslag. Een Instagram-account kan noch als een zaak noch als een vermogensrecht worden aangemerkt en dus ook niet als een voor verbeurdverklaring vatbaar voorwerp als bedoeld in art. 94 lid 2 Sv.
Samenvatting
Op grond van art. 94 lid 2 Sv zijn vatbaar voor inbeslagneming onder meer alle voorwerpen waarvan de verbeurdverklaring kan worden bevolen. Uit de bewoordingen van art. 33a lid 4 Sr en de wetsgeschiedenis bij de Wet van 10 december 1992 tot wijziging van het Wetboek van Strafrecht en het Wetboek van Strafvordering en enkele andere wetten ter ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.