NJB 2015/13:Salduz-recht om een raadsman te raadplegen: of in een bepaald geval aan een aangehouden verdachte ‘binnen de grenzen van het redelijke’ de gelegenheid is geboden van zijn recht op raadpleging van een advocaat gebruik te maken, hangt af van de omstandigheden van het geval. In casu kon hof aannemen dat daarvan sprake was gelet op de omstandigheid dat de in de Aanwijzing rechtsbijstand politieverhoor (Stcrt. 2010, 4003) genoemde termijn van twee uren in acht is genomen en dat het gaat om een zaak van relatief geringe ernst waarvoor de vrijheidsbeneming zo kort mogelijk dient te zijn. Onrechtmatige aanhouding, art. 54 Sv: dat leidt in casu evenwel niet tot cassatie nu het gevoerde verweer tot toepassing van art. 359a Sv onvoldoende is onderbouwd