AB 2016/268
Rechtsmachtverdeling burgerlijke rechter en College van Beroep voor het Hoger Onderwijs. Collectieve actie. Toetsing van algemeen verbindende voorschriften.
HR 03-06-2016, ECLI:NL:HR:2016:1049, m.nt. F.J. van Ommeren en C.N.J. Kortmann
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
3 juni 2016
- Magistraten
Mrs. F.B. Bakels, A.M.J. van Buchem-Spapens, C.A. Streefkerk, G. Snijders, T.H. Tanja-van den Broek, G. de Groot
- Zaaknummer
14/06007
- Noot
F.J. van Ommeren en C.N.J. Kortmann
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- JCDI
JCDI:ADS924135:1
- Vakgebied(en)
Onderwijsrecht / Hoger onderwijs en wetenschappelijk onderzoek
Burgerlijk procesrecht / Algemeen
Staatsrecht / Algemeen
Bestuursprocesrecht / Algemeen
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2016:1049, Uitspraak, Hoge Raad, 03‑06‑2016
ECLI:NL:PHR:2016:8, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 22‑01‑2016
Beroepschrift, Hoge Raad, 20‑02‑2015
Beroepschrift, Hoge Raad, 25‑11‑2014
- Wetingang
Art. 112 lid 2 Gw; art. 3:305a BW; art. 7.46, 7.64, 7.66 WHW; art. 8:3 lid 1 Awb
Essentie
Rechtsmachtverdeling burgerlijke rechter en bestuursrechter. Collectieve actie (art. 3:305a BW) m.b.t. hoogte instellingscollegegeld van universiteiten. Rechtsgang van titel 7.4 WHW met voldoende waarborgen omkleed? Niet-ontvankelijkheid van vordering bij burgerlijk rechter (HR 28 februari 1992, ECLI:NL:HR:1992:ZC0527, NJ 1992/687 (Changoe/Staat)). Status van beslissingen van bijzondere instellingen; art. 112 Gw. Vordering tot toetsing van algemeen verbindend voorschrift; mogelijkheid voor belanghebbende tot uitlokken van daarop gebaseerd besluit dat vatbaar is voor bezwaar en beroep (HR 22 mei 2015, ECLI:NL:HR:2015:1296 (Staat/Privacy First)). Verschil met HR 11 oktober ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.