Bewijs, partij-getuige, devolutieve werking

Documentgegevens:

HR 13-04-2001, ECLI:NL:HR:2001:AB1057

Instantie: Hoge Raad
Datum: 13 april 2001
Zaaknummer: C99/183HR
LJN: AB1057
Vakgebied(en): Recht algemeen (V)
Brondocumenten: ECLI:NL:PHR:2001:AB1057, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 13‑04‑2001
ECLI:NL:HR:2001:AB1057, Uitspraak, Hoge Raad, 13‑04‑2001
Wetingang: Art. 213 lid 1 Rv; art. 6 EVRM

Essentie

Samenvatting

Casus

Verweerster heeft in 1993 aan makelaar Spindler opdracht gegeven tot bemiddeling bij de verkoop van haar woonhuis. Begin 1995 is een dispuut ontstaan tussen verweerster en eiser of een koopovereenkomst tot stand was gekomen (koopprijs ƒ 1.425.000,--). Anders dan eiser vond verweerster dat geen koopovereenkomst tot stand was gekomen. Op verzoek van eiser is conservatoir beslag gelegd op de woning. Voorts heeft eiser verweerster gedagvaard in kort geding. De president van de Rechtbank te Rotterdam heeft, uitvoerbaar bij voorraad, verweerster op straffe van een dwangsom veroordeeld om uiterlijk 1 mei 1995 mee te ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.