V-N 2016/62.13
Door belastingverdrag met Portugal vanaf 2001 geen heffing over fictief loon mogelijk
HR 18-11-2016, ECLI:NL:HR:2016:2497, m.nt. Redactie Vakstudie Nieuws (Fictiefloonarresten)
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
18 november 2016
- Magistraten
Koopman, Schaap, Fierstra, Groeneveld, Wortel
- Zaaknummer
15/04977
- Noot
Redactie Vakstudie Nieuws
- Roepnaam
Fictiefloonarresten
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- JCDI
JCDI:ADS94405:1
- Vakgebied(en)
Fiscaal bestuursrecht / Algemeen
Internationaal belastingrecht / Belastingverdragen
Loonbelasting / Loon
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2016:2497, Uitspraak, Hoge Raad, 18‑11‑2016
Beroepschrift, Hoge Raad, 18‑11‑2016
ECLI:NL:PHR:2016:369, Conclusie, Hoge Raad (Parket), 28‑04‑2016
- Wetingang
Essentie
De Hoge Raad oordeelt dat Nederland geen belasting kan heffen op grond van de fictiefloonregeling. De Hoge Raad wijst hierbij op zijn jurisprudentie. De uitspraak van het hof geeft uiting aan een andere rechtsopvatting dan uit deze jurisprudentie naar voren komt.
Samenvatting
Belanghebbende, X, woont in Portugal en heeft een aanmerkelijk belang in A bv. A bv verwerft IT-opdrachten en leent personeel in en uit. In de aan X opgelegde IB-aanslag 2001 houdt de inspecteur ook rekening met een fictief loon. In geschil is of toepassing van de gebruikelijkloonregeling van art. 12a Wet LB 1964 verenigbaar ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.