RI 2012/37
Bestuurdersaansprakelijkheid. Is bestuurder die bij het aangaan van een kredietovereenkomst en bij een verpanding heeft verzwegen dat reeds een pandrecht op roerende zaken rustte, aansprakelijk jegens ING? (ING Bank N.V./A)
Rb. 's-Gravenhage 03-08-2011, ECLI:NL:RBSGR:2011:BU2077
- Instantie
Rechtbank 's-Gravenhage
- Datum
3 augustus 2011
- Magistraten
Mr. J.L.M. Luiten
- Zaaknummer
353998 / HA ZA 09-4151
- LJN
BU2077
- JCDI
JCDI:ADS910497:1
- Vakgebied(en)
Insolventierecht / Faillissement
Verbintenissenrecht / Aansprakelijkheid
Verbintenissenrecht / Algemeen
Verbintenissenrecht / Onrechtmatige daad
Ondernemingsrecht / Rechtspersonenrecht
- Brondocumenten
ECLI:NL:RBSGR:2011:BU2077, Uitspraak, Rechtbank 's-Gravenhage, 03‑08‑2011
- Wetingang
Essentie
Bestuurdersaansprakelijkheid. Onrechtmatige daad bestuurder. Interne draagplicht.
Is bestuurder A die bij het aangaan van een kredietovereenkomst en bij een verpanding heeft verzwegen dat reeds een pandrecht op roerende zaken rustte, aansprakelijk jegens ING? Is de in vrijwaring opgeroepen bestuurder B jegens A draagplichtig ex art. 6:6 BW?
Samenvatting
A en B zijn beide bestuurder van Badkamer Sale B.V. (hierna: Badkamer Sale). Badkamer Sale is in januari 2007 een kredietovereenkomst met Rabobank aangegaan, waarbij alle huidige en toekomstige roerende zaken aan Rabobank zijn verpand. De kredietovereenkomst en de pandakte zijn door B ondertekend. In juni 2007 is vervolgens ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.