Einde inhoudsopgave
Associatieovereenkomst tussen de Europese Unie en de Europese Gemeenschap voor Atoomenergie en hun lidstaten, enerzijds, en Oekraïne, anderzijds
Artikel 475 Toezicht
Geldend
Geldend vanaf 01-09-2017
- Redactionele toelichting
Voorlopige toepassing vanaf 01-11-2014. Voorlopige toepassing vanaf 01-01-2016 voorzover de bepalingen van deze titel enkel strekken tot de voorlopige toepassing van deze overeenkomst.
- Bronpublicatie:
27-06-2014, Trb. 2014, 160 (uitgifte: 21-08-2014, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Inwerkingtreding
01-09-2017
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
25-08-2017, Trb. 2017, 147 (uitgifte: 25-08-2017, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Internationaal publiekrecht / Vrij verkeer
EU-recht / Marktintegratie
Internationaal publiekrecht / Algemeen
1.
Toezicht houdt in dat de vorderingen met betrekking tot de uitvoering en handhaving van alle maatregelen in het kader van de overeenkomst voortdurend worden geëvalueerd.
2.
Het toezicht omvat onder andere toetsing van de mate waarin de wetgeving van Oekraïne is aangepast aan die van de Europese Unie, zoals bepaald in deze overeenkomst, ook met betrekking tot de uitvoering en handhaving. Deze toetsing kan individueel of, in overleg, door de partijen gezamenlijk worden uitgevoerd. Om de toetsing te vergemakkelijken brengt Oekraïne aan de EU verslag uit over de aanpassing, waar nodig vóór het einde van de overgangsperioden die in de overeenkomst zijn vastgesteld. Bij de verslaglegging en toetsing, onder andere wat betreft de wijze van uitvoering en de frequentie van de toetsingen, wordt rekening gehouden met de bepalingen ter zake van deze overeenkomst en met besluiten van institutionele organen die op grond van deze overeenkomst worden opgericht.
3.
Het toezicht kan missies ter plaatse omvatten, waaraan de instellingen, organen en agentschappen van de EU deelnemen, evenals indien nodig niet-gouvernementele organisaties, toezichthoudende autoriteiten, onafhankelijke deskundigen en anderen.
4.
De resultaten van de toezichtactiviteiten, waaronder de toetsingen van de aanpassing als bedoeld in lid 2 van dit artikel, worden besproken in alle relevante krachtens deze overeenkomst opgerichte organen. Deze organen kunnen met eenparigheid van stemmen gezamenlijke aanbevelingen goedkeuren die worden voorgelegd aan de Associatieraad.
5.
Als de partijen menen dat de maatregelen die noodzakelijk zijn op grond van titel IV (Handel en daarmee verband houdende aangelegenheden) zijn uitgevoerd en worden nageleefd, kan de Associatieraad volgens de hem bij artikel 463 van deze overeenkomst verleende bevoegdheden besluiten tot verdere marktopenstelling zoals gedefinieerd in titel IV (Handel en daarmee verband houdende aangelegenheden) van deze overeenkomst.
6.
Een gezamenlijke aanbeveling als bedoeld in lid 4 van dit artikel die is voorgelegd aan de Associatieraad, of het feit dat er geen overeenstemming is bereikt over een dergelijke aanbeveling, valt niet onder de geschillenbeslechtingsprocedures zoals vastgesteld in titel IV (Handel en daarmee verband houdende aangelegenheden) van deze overeenkomst. Een besluit van het relevante institutionele orgaan of het feit dat een dergelijk besluit niet is genomen, valt niet onder de geschillenbeslechtingsprocedures zoals vastgesteld in titel IV (Handel en daarmee verband houdende aangelegenheden) van deze overeenkomst.