Einde inhoudsopgave
Associatieovereenkomst tussen de Europese Unie en de Europese Gemeenschap voor Atoomenergie en hun lidstaten, enerzijds, en Oekraïne, anderzijds
Protocol III
Geldend
Geldend vanaf 01-09-2017
- Redactionele toelichting
Voorlopige toepassing vanaf 01-11-2014.
- Bronpublicatie:
27-06-2014, Trb. 2014, 160 (uitgifte: 21-08-2014, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Inwerkingtreding
01-09-2017
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
25-08-2017, Trb. 2017, 147 (uitgifte: 25-08-2017, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Internationaal publiekrecht / Vrij verkeer
EU-recht / Marktintegratie
Internationaal publiekrecht / Algemeen
inzake een Kaderovereenkomst tussen de Europese Unie en Oekraïne inzake de algemene beginselen voor deelname van Oekraïne aan EU-programma's
De partijen komen het volgende overeen:
Artikel 1
Oekraïne mag deelnemen aan alle huidige en toekomstige programma's van de Unie die overeenkomstig de bepalingen tot vaststelling van die programma's voor het land openstaan.
Artikel 2
Oekraïne levert een financiële bijdrage aan de algemene begroting van de Unie in overeenstemming met de specifieke programma's waaraan het deelneemt.
Artikel 3
Vertegenwoordigers van Oekraïne mogen als waarnemers de vergaderingen bijwonen van de beheerscomités die belast zijn met het toezicht op de programma's waaraan Oekraïne een financiële bijdrage levert, voor zover deze betrekking hebben op onderwerpen die Oekraïne aangaan.
Artikel 4
Ten aanzien van projecten en initiatieven die door deelnemers uit Oekraïne worden ingediend, gelden in het kader van de betrokken programma's voor zover mogelijk dezelfde voorwaarden, regels en procedures als voor de lidstaten.
Artikel 5
De specifieke voorwaarden betreffende de deelname van Oekraïne aan de verschillende programma's, met name de verschuldigde financiële bijdrage en de rapportage- en evaluatieprocedures, worden vastgesteld in een memorandum van overeenstemming tussen de Commissie en de bevoegde autoriteiten van Oekraïne, op basis van de criteria die in het kader van de betrokken programma's zijn bepaald.
Als Oekraïne op grond van artikel 3 van Verordening (EG) nr. 1638/2006 van het Europees Parlement en de Raad van 24 oktober 2006 houdende algemene bepalingen tot invoering van een Europees nabuurschaps- en partnerschapsinstrument of van een soortgelijke toekomstige verordening betreffende externe bijstand van de Unie aan Oekraïne, de Unie om externe bijstand voor deelname aan een EU-programma verzoekt, worden de voorwaarden voor het gebruik door Oekraïne van de externe bijstand van de Unie in een financieringsovereenkomst vastgesteld, waarbij met name artikel 20 van Verordening (EG) nr. 1638/2006 in acht wordt genomen.
Artikel 6
Overeenkomstig Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen wordt in de krachtens artikel 5 gesloten memoranda van overeenstemming bepaald dat financiële controles of audits en andere controles, zoals administratieve onderzoeken, worden verricht door of onder toezicht van de Europese Commissie, het Europees Bureau voor Fraudebestrijding (OLAF) en de Rekenkamer.
Er worden gedetailleerde bepalingen in opgenomen inzake financiële controle en audits, administratieve maatregelen, sancties en invordering, waarbij aan de Europese Commissie, OLAF en de Rekenkamer bevoegdheden worden toegekend die gelijkwaardig zijn met hun bevoegdheden ten aanzien van begunstigden of contractanten die in de Unie zijn gevestigd.
Artikel 7
Dit protocol is van toepassing gedurende de looptijd van de overeenkomst.
Elk van beide partijen kan dit protocol opzeggen door schriftelijke kennisgeving aan de andere partij. Dit protocol verstrijkt zes maanden na de datum van die kennisgeving.
Beëindiging van dit protocol als gevolg van opzegging door een van de partijen is niet van invloed op de controles die overeenkomstig de artikelen 5 en 6 worden uitgevoerd.
Artikel 8
Uiterlijk drie jaar na de inwerkingtreding van dit protocol, en vervolgens iedere drie jaar, kunnen de partijen de tenuitvoerlegging van het protocol evalueren aan de hand van de werkelijke deelname van Oekraïne aan een of meer EU-programma's.