Einde inhoudsopgave
Overeenkomst tussen de Europese Unie en de Republiek IJsland en het Koninkrijk Noorwegen betreffende de procedures voor overlevering tussen de lidstaten van de Europese Unie en IJsland en Noorwegen
Artikel 14 Rechten van de gezochte persoon
Geldend
Geldend vanaf 01-11-2019
- Bronpublicatie:
28-06-2006, PbEU 2006, L 292 (uitgifte: 21-10-2006, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Inwerkingtreding
01-11-2019
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
06-09-2019, PbEU 2019, L 230 (uitgifte: 06-09-2019, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Internationaal strafrecht / Uitlevering en overlevering
Internationaal strafrecht / Justitiële en politionele samenwerking
1.
Wanneer een gezochte persoon wordt aangehouden, stelt de bevoegde uitvoerende rechterlijke autoriteit hem, overeenkomstig het nationale recht in kennis gesteld van het bestaan en de inhoud van het aanhoudingsbevel en van de mogelijkheid om in overlevering aan de uitvaardigende rechterlijke autoriteit toe te stemmen.
2.
Een gezochte persoon die ter fine van tenuitvoerlegging van een aanhoudingsbevel wordt aangehouden, heeft recht op bijstand van een raadsman en van een tolk, overeenkomstig het interne recht van de uitvoerende staat.