NJ 1947/155
Vordering woonruimte. Besluit Vijandelijk Vermogen. Kort geding; voorloopige voorziening; verklaring voor onrechtmatig; veranderde omstandigheden.
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
14 februari 1946
- Magistraten
Mrs. Donner, Nypels, van der Flier, Losecaat Vermeer en Smits
- Zaaknummer
[141946/NJ_1947-155]
- Conclusie
Mr. Wijnveldt
- Noot
Prof. E. M. Meijers
- Folio weergave
- JCDI
JCDI:ADS165354:1
- Vakgebied(en)
Archief (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:1946:49, Uitspraak, Hoge Raad, 14‑02‑1946
- Wetingang
(Rv art. 289-297; Besluit Vijandelijk Vermogen 1942 art. 6; Vorderingsbesluit woonruimte 1944 art. 1.)
Essentie
Vordering woonruimte. Besluit Vijandelijk Vermogen. Kort geding; voorloopige voorziening; verklaring voor onrechtmatig; veranderde omstandigheden.
Samenvatting
Uit het feit, dat iemand zijn vrijheid is benomen op grond van verdenking lid te zijn geweest van de Ned. Artsenkamer en van het Medisch Front, behoeft geenszins met noodwendigheid te volgen, dat die vrijheidsbeneming is geschied op grond van verdenking van een misdrijf, genoemd in het B.B.S., of krachtens het bepaalde in het Besluit bijz. staat van beleg of het Tribunaalbesluit en dat hij dientengevolge onder art. 6 Besluit Vijand. Verm. (E 133). zou vallen.
Ontoelaatbaar novum?
De rechter in kort ...