V-N 2021/20.5
Volgens A-G kan sectorindeling met terugwerkende kracht worden gewijzigd
HR (Parket) 08-04-2021, ECLI:NL:PHR:2021:352, m.nt. Redactie Vakstudie Nieuws
- Instantie
Hoge Raad (Parket)
- Datum
8 april 2021
- Zaaknummer
20/02576
20/02572
- Conclusie
A-G Wattel
- Noot
Redactie Vakstudie Nieuws
- JCDI
JCDI:ADS267888:1
- Vakgebied(en)
Premieheffing / Algemeen
Premieheffing / Verzekeringsplicht
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2021:1354, Uitspraak, Hoge Raad, 24‑09‑2021
ECLI:NL:HR:2021:1239, Uitspraak, Hoge Raad, 24‑09‑2021
Beroepschrift, Hoge Raad, 24‑09‑2021
ECLI:NL:PHR:2021:352, Conclusie, Hoge Raad (Parket), 08‑04‑2021
- Wetingang
art. 97 Wfsv
Essentie
Advocaat-Generaal Wattel concludeert dat X bv op 29 juni 2018 een ‘legitimate expectation’ had die haar op die dag is ontnomen. De wetgever heeft namelijk een verjaringstermijn van vijf jaren voor een geldvordering, een verbintenis uit de wet, met terugwerkende kracht opeens op nul gesteld.
Samenvatting
X bv is voor de toepassing van de Wfsv ingedeeld in sector 44 (Zakelijke Dienstverlening II). Naar aanleiding van een Wob-verzoek publiceert de Staatssecretaris van Financiën in 2017 een document, waaruit blijkt dat wijziging van de sectorindeling met vijf jaar terugwerkende kracht kan plaatsvinden. Per 29 juni 2018 is dit beleid ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.