BA 2015/185
Zorgtoeslag geldt voor zowel eigen als stiefkinderen, bloedverwantschap, discriminatie
ABRvS 01-07-2015, ECLI:NL:RVS:2015:2052
- Instantie
Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State
- Datum
1 juli 2015
- Zaaknummer
201407312/1/A2 en 201407315/1/A2
- Vakgebied(en)
Internationaal publiekrecht / Mensenrechten
Staatsrecht / Grondrechten
- Brondocumenten
ECLI:NL:RVS:2015:2052, Uitspraak, Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State, 01‑07‑2015
ECLI:NL:RVS:2015:1217, Conclusie, Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State, 15‑04‑2015
- Wetingang
Art. 8:12a Algemene wet bestuursrecht (Awb); Art. 3 lid 1 onder c, lid 2 onder e en lid 5, art. 4 lid 1 en art. 7 lid 1 Algemene wet inkomensafhankelijke regelingen (Awir); art. 5a Algemene wet inzake rijksbelastingen (Awr); art. 2 lid 1 Wet op de zorgtoeslag (Wzt); art. 2 lid 1 Wet op het kindgebonden budget (Wkgb); art. 26 Internationaal Verdrag inzake burgerrechten en politieke rechten (IVBPR); art. 14 Europees Verdrag tot bescherming van de rechten van de mens en de fundamentele vrijheden (EVRM); art. 1 Twaalfde Protocol bij EVRM
Essentie
Zorgtoeslag geldt voor zowel eigen als stiefkinderen, bloedverwantschap, discriminatie
Samenvatting
Zoals de staatsraad advocaat-generaal in conclusie heeft uiteengezet, is de strekking van art. 3 lid 2 onder e Awir te voorkomen dat samengestelde gezinnen (ongehuwd samenwonende partners met een inwonend minderjarig kind van één van beiden) boven traditionele gezinnen worden bevoordeeld. Naar de letter van deze bepaling wordt een inwonend meerderjarig stiefkind, dat de leeftijd van 27 jaar nog niet heeft bereikt, anders dan een inwonend meerderjarig eigen kind, aangemerkt als partner van de op hetzelfde woonadres ingeschreven alleenstaande stiefouder met een minderjarig kind. Dat is echter ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.