NJ 2010, 58
Gedwongen medische behandeling. Verwijdering cocaïne d.m.v. chirurgische ingreep na aanhouding. Bescherming volksgezondheid versus bescherming lichamelijke integriteit. Ingreep noodzakelijk voor behoud gezondheid. Geen schending art. 3 en 8 EVRM.
EHRM 07-10-2008, ECLI:NL:XX:2008:BH0397, m.nt. F.C.B. van Wijmen
- Instantie
Europees Hof voor de Rechten van de Mens
- Datum
7 oktober 2008
- Magistraten
F. Tulkens, A. Mularoni, I. Cabral Barreto, V. Zagrebelsky, D. Jočienė, D. Popović, A. Sajó
- Zaaknummer
35228/03
- Noot
F.C.B. van Wijmen
- LJN
BH0397
- JCDI
JCDI:ADS161097:1
- Vakgebied(en)
Internationaal publiekrecht / Mensenrechten
Gezondheidsrecht (V)
Internationaal belastingrecht / Algemeen
Strafprocesrecht (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:XX:2008:BH0397, Uitspraak, Europees Hof voor de Rechten van de Mens, 07‑10‑2008
- Wetingang
Samenvatting
Verzoeker werd in november 2002 aangehouden op het vliegveld te Lissabon. In zijn schoenen werden zakjes cocaïne aangetroffen. Nadat hij de douaneambtenaren informeerde ook cocaïne te hebben ingeslikt, werd hij in het ziekenhuis opgenomen en zijn zakjes cocaïne door middel van een chirurgische ingreep uit zijn maag verwijderd. Verzoeker is daarop in voorlopige hechtenis gesteld en aangeklaagd voor de smokkel van verdovende middelen. Tijdens de ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.