NJB 2013/1619
Prejudiciële vraag. Bestuurdersaansprakelijkheid. Is art. 2:11 BW ook van toepassing in het geval dat een Nederlandse rechtspersoon bestuurd wordt door een buitenlandse rechtspersoon, in die zin dat de aansprakelijkheid van de buitenlandse rechtspersoon tevens hoofdelijk rust op de bestuurders van de buitenlandse rechtspersoon? HR: De vraag heeft zijn beantwoording reeds gevonden in HR 18 maart 2011, LJN BP1408, NJ 2011/132 (D Group/mr. Schreurs q.q.).
HR 21-06-2013, ECLI:NL:HR:2013:CA3958
- Instantie
Hoge Raad (Civiele kamer)
- Datum
21 juni 2013
- Magistraten
Mrs. E.J. Numann, C.A. Streefkerk, C.E. Drion, G. Snijders en G. de Groot
- Zaaknummer
13/02534
- LJN
CA3958
- Vakgebied(en)
Burgerlijk procesrecht / Algemeen
Insolventierecht / Faillissement
Verbintenissenrecht / Aansprakelijkheid
Internationaal privaatrecht / Conflictenrecht
Ondernemingsrecht / Rechtspersonenrecht
- Brondocumenten
ECLI:NL:PHR:2013:CA3958, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 21‑06‑2013
ECLI:NL:HR:2013:CA3958, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 21‑06‑2013
- Wetingang
(Rv art. 392; BW art. 2:11, 2:248 lid 1, 10:119, aanhef en onder e; Wet conflictenrecht corporaties (oud) art. 3, aanhef en onder e)
Essentie
Prejudiciële vraag. Bestuurdersaansprakelijkheid. Is art. 2:11 BW ook van toepassing in het geval dat een Nederlandse rechtspersoon bestuurd wordt door een buitenlandse rechtspersoon, in die zin dat de aansprakelijkheid van de buitenlandse rechtspersoon tevens hoofdelijk rust op de bestuurders van de buitenlandse rechtspersoon? HR: De vraag heeft zijn beantwoording reeds gevonden in HR 18 maart 2011, LJN BP1408, NJ 2011/132 (D Group/mr. Schreurs q.q.).
Partij(en)
Mr. J.A. van der Meer q.q., curator in het fallissement van My Guide (Nederland) B.V., vs. X.
Uitspraak
Feiten en procesverloop
Bij vonnis van 11 november 2008 ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.