NJ 2021/29
Schending geheimhoudingsplicht lid van Staten van Curaçao; wettelijk voorschrift; geen strijd met recht van vrije meningsuiting.
HR 01-10-2019, ECLI:NL:HR:2019:1482, m.nt. E.J. Dommering
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
1 oktober 2019
- Magistraten
Mrs. W.A.M. van Schendel, Y. Buruma, J.C.A.M. Claassens, M.T. Boerlage, A.E.M. Röttgering
- Zaaknummer
17/01305
- Conclusie
plv. A-G mr. D.J.M.W. Paridaens
- Noot
E.J. Dommering
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- JCDI
JCDI:ADS252296:1
- Vakgebied(en)
Materieel strafrecht / Delicten Wetboek van Strafrecht
Staatsrecht / Grondrechten
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2019:1482, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 01‑10‑2019
ECLI:NL:PHR:2019:257, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 19‑03‑2019
Beroepschrift, Hoge Raad, 31‑08‑2018
- Wetingang
At. 10 EVRM; art. 9, 62 Staatsregeling van Curaçao; art. 2:232 Sr Curaçao; art. 272 Sr; art. 59 Reglement van Orde van de Staten van Curaçao
Essentie
Schending geheimhoudingsplicht als lid van Staten van Curaçao; wettelijk voorschrift als bedoeld in art. 2:232 Sr Curaçao; geen strijd met het recht van vrije meningsuiting.
Samenvatting
Verdachte, lid van de Staten van Curaçao, heeft tijdens een radio-uitzending en tijdens een persconferentie vertrouwelijke informatie uit een besloten commissievergadering publiekelijk bekend gemaakt.
- 1.
De geheimhoudingsverplichting voor de leden van de Staten van Curaçao, zoals neergelegd in art. 59 Reglement van Orde van de Staten van Curaçao, heeft te gelden als een verplichting uit hoofde van een ‘wettelijk voorschrift’ in de zin van art. 2:232 Sr ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.