Einde inhoudsopgave
Vreemdelingencirculaire 2000 (B)
9.4 Overgangsrecht
Geldend
Geldend vanaf 01-04-2019
- Bronpublicatie:
21-03-2019, Stcrt. 2019, 16905 (uitgifte: 29-03-2019, regelingnummer: WBV 2019/5)
- Inwerkingtreding
01-04-2019
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
21-03-2019, Stcrt. 2019, 16905 (uitgifte: 29-03-2019, regelingnummer: WBV 2019/5)
- Vakgebied(en)
Vreemdelingenrecht (V)
De IND verleent een verblijfsvergunning regulier medisch voor bepaalde tijd aan de vreemdeling die daartoe een aanvraag heeft ingediend, en die een jaar voorafgaand reeds rechtmatig verblijf had op grond van artikel 8, onder j, Vw om medische redenen als:
- •
er nog geen besluit is genomen op deze aanvraag;
- •
de aanvraag om verlening van een verblijfsvergunning regulier medisch voor bepaalde tijd is ingediend vóór 1 september 2017; en
- •
de IND heeft aangenomen dat sprake is van een reëel risico op schending van artikel 3 EVRM om medische redenen, conform het beleid zoals dat geldt vanaf 1 september 2017.
De IND zal bij de aanvraag van een vreemdeling voor verlenging van de aan hem verleende verblijfsvergunning regulier met als doel ‘medische behandeling’ bij een ongewijzigde medische gesteldheid de vergunninghouder niet tegenwerpen dat het BMA minder stellig is over de waarschijnlijkheid dat zich een medische noodsituatie op korte termijn zal voordoen.
De IND zal bij de aanvraag van een vreemdeling als bedoeld in paragraaf B9/9Vc bij een ongewijzigde medische gesteldheid de vergunninghouder niet tegenwerpen dat het BMA minder stellig is over de waarschijnlijkheid dat zich een medische noodsituatie op korte termijn zal voordoen.
De IND wijst de aanvraag voor verlenging van de geldigheidsduur van de verblijfsvergunning regulier met als doel ‘medische behandeling’ niet af op grond van het gegeven dat uit het BMA advies blijkt dat professionele thuiszorg beschikbaar is in het land van herkomst, als de medische gesteldheid van de vreemdeling ongewijzigd is.