AB 2018/20
Immuniteit van jurisdictie van internationale organisatie in het licht van art. 6, 11, 13 EVRM. Nederlandse rechter is onbevoegd kennis te nemen van de vorderingen inzake geschil tussen Europese Octrooi Organisatie en vakbonden.
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
20 januari 2017
- Magistraten
Mrs. F.B. Bakels, C.A. Streefkerk, A.H.T. Heisterkamp, G. Snijders, M.V. Polak
- Zaaknummer
15/02186
- Noot
T. Barkhuysen en M.L. van Emmerik
- Roepnaam
Staat/Europese Octrooi Organisatie
- Folio weergave
- JCDI
JCDI:ADS927997:1
- Vakgebied(en)
Internationaal publiekrecht / Mensenrechten
Arbeidsrecht / Europees arbeidsrecht
Internationaal publiekrecht / Algemeen
Staatsrecht / Rechtspraak
Arbeidsrecht / Collectief arbeidsrecht
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2017:57, Uitspraak, Hoge Raad, 20‑01‑2017
ECLI:NL:PHR:2016:917, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 30‑09‑2016
ECLI:NL:HR:2015:2534, Uitspraak, Hoge Raad, 11‑09‑2015
ECLI:NL:PHR:2015:1131, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 10‑07‑2015
Beroepschrift, Hoge Raad, 13‑04‑2015
Beroepschrift, Hoge Raad, 23‑02‑2015
- Wetingang
Samenvatting
De Hoge Raad verklaart in het licht van vaste rechtspraak van het EHRM de Nederlandse rechter onbevoegd kennis te nemen van het geschil wegens de immuniteit van jurisdictie van de Europese Octrooi Organisatie (EOO).
De Hoge Raad concludeert dat het hof de juiste maatstaf heeft toegepast door te overwegen dat een beroep op immuniteit van een internationale ...