RFR 2012/114
Wet Bopz. Zijn het niet dateren van een dwangbehandelingsbeslissing en het niet binnen de drie maandentermijn op schrift stellen van de vervolgbeslissing vormverzuimen?
Rb. 's-Gravenhage 23-05-2012, ECLI:NL:RBSGR:2012:BW6524
- Instantie
Rechtbank 's-Gravenhage
- Datum
23 mei 2012
- Magistraten
Mrs. W.J. Don, C.G. Meeder, J.M. Vink
- Zaaknummer
417982, FARK 12-3112
- LJN
BW6524
- JCDI
JCDI:ADS912203:1
- Vakgebied(en)
Gezondheidsrecht / Algemeen
Openbare orde en veiligheid / Bijzondere onderwerpen
Gezondheidsrecht / Individuele gezondheidszorg
Personen- en familierecht / Bescherming meerderjarige
- Brondocumenten
ECLI:NL:RBSGR:2012:BW6524, Uitspraak, Rechtbank 's-Gravenhage, 23‑05‑2012
- Wetingang
Wet BOPZ art. 38c
Essentie
Wet Bopz. Dwangbehandeling.
Zijn het niet dateren van een schriftelijke beslissing ten aanzien van dwangbehandeling en het niet binnen de drie maandentermijn op schrift stellen van de vervolgbeslissing te beschouwen als vormverzuimen?
Samenvatting
Verzoeker verblijft op grond van een machtiging tot voortgezet verblijf in een psychiatrisch ziekenhuis. Bij (ongedateerde) schriftelijke beslissing van zijn behandelend psychiater (beslissing 1), is mededeling gedaan van dwangbehandeling in de zin van art. 38c, lid 1, onder a en onder b Wet Bopz ten aanzien van verzoeker. De dwangbehandeling ziet onder meer op het toedienen van het medicijn Clozapine. Hij verzet zich ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.