Einde inhoudsopgave
Gedelegeerde verordening (EU) nr. 153/2013 aanvulling Verordening (EU) nr. 648/2012 met betrekking tot technische reguleringsnormen inzake vereisten voor centrale tegenpartijen
Artikel 24 Percentage
Geldend
Geldend vanaf 15-03-2013
- Bronpublicatie:
19-12-2012, PbEU 2013, L 52 (uitgifte: 23-02-2013, regelingnummer: 153/2013)
- Inwerkingtreding
15-03-2013
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
19-12-2012, PbEU 2013, L 52 (uitgifte: 23-02-2013, regelingnummer: 153/2013)
- Vakgebied(en)
Financieel recht / Bank- en effectenrecht
Financieel recht / Financieel toezicht (juridisch)
Een CTP berekent voor de in artikel 25 vastgestelde periode en onder aanname van een tijdhorizon voor de liquidatie van de positie als vastgesteld in artikel 26 op productbasis de initiële margins om de blootstellingen voortvloeiend uit marktbewegingen te dekken voor elk financieel instrument dat door zekerheid is gedekt. Bij de berekening van de initiële margins neemt de CTP ten minste de volgende betrouwbaarheidsintervallen in acht:
- a)
99,5 % voor otc-derivaten;
- b)
99 % voor andere financiële instrumenten dan otc-derivaten.
2.
Bij de vaststelling van het toereikende betrouwbaarheidsinterval voor elke klasse financiële instrumenten die de CTP cleart, houdt de CTP ten minste rekening met de volgende factoren:
- a)
de complexiteit en het niveau van de prijsstellingsonzekerheden van de klasse financiële instrumenten die de validatie van de berekening van de initiële margin en variatiemargin kunnen beperken;
- b)
de risicokenmerken van de klasse financiële instrumenten, zoals onder andere, maar niet uitsluitend, de volatiliteit, de duration, de liquiditeit, de niet-lineaire prijskenmerken, het jump-to-default-risico en het wrong-way risk;
- c)
de mate waarin andere risicobeheersingsmechanismen de kredietblootstellingen niet op toereikende wijze beperken;
- d)
de inherente hefboomwerking van de klasse financiële instrumenten, waaronder de vraag of de klasse van het financieel instrument significant volatiel is, zeer geconcentreerd is bij enkele marktdeelnemers, of mogelijk moeilijk te sluiten is.
3.
De CTP informeert haar bevoegde autoriteit en haar clearingleden over de criteria die in aanmerking worden genomen bij het bepalen van het percentage dat wordt toegepast op de berekening van de margins voor elke klasse financiële instrumenten.
4.
Indien een CTP otc-derivaten cleart die, volgens een beoordeling van de in lid 2 aangegeven risicofactoren, dezelfde risicokenmerken hebben als derivatentransacties die worden uitgevoerd op gereglementeerde markten of een gelijkwaardige markt van een derde land, mag de CTP voor deze contracten van een ander betrouwbaarheidsinterval van ten minste 99 % gebruikmaken als de risico's van de otc-derivatencontracten die zij cleart bij gebruik van een dergelijke betrouwbaarheidsinterval op passende wijze worden beperkt en de voorwaarden in lid 2 worden nageleefd.