Einde inhoudsopgave
Verordening (EU) nr. 167/2013 goedkeuring van en markttoezicht op landbouw- en bosbouwvoertuigen
Artikel 4 Voertuigcategorieën
Geldend
Geldend vanaf 18-04-2019
- Bronpublicatie:
19-03-2019, PbEU 2019, L 91 (uitgifte: 29-03-2019, regelingnummer: 2019/519)
- Inwerkingtreding
18-04-2019
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
19-03-2019, PbEU 2019, L 91 (uitgifte: 29-03-2019, regelingnummer: 2019/519)
- Vakgebied(en)
Verkeersrecht / Voertuigeisen
Ondernemingsrecht / Economische ordening
Bestuursrecht algemeen / Toezicht
Voor de toepassing van deze verordening worden de volgende voertuigcategorieën gehanteerd:
- 1.
‘categorie T’: alle trekkers op wielen; elke in de punten 2 tot en met 8 beschreven categorie trekkers op wielen wordt op het einde aangevuld met de letter a of b, al naar gelang de snelheid waarvoor deze is ontworpen:
- a)
‘a’ voor trekkers op wielen die voor een snelheid van ten hoogste 40 km/h zijn ontworpen;
- b)
‘b’ voor trekkers op wielen die voor een snelheid van meer dan 40 km/h zijn ontworpen;
- 2.
‘categorie T1’: trekkers op wielen met een minimumspoorbreedte van de zich het dichtst bij de bestuurder bevindende as van niet minder dan 1 150 mm, met een lege massa in rijklare toestand van meer dan 600 kg en met een bodemvrijheid van ten hoogste 1 000 mm; voor trekkers met omkeerbare bestuurdersplaats (stoel en stuurwiel omkeerbaar) is de as die zich het dichtst bij de bestuurder bevindt die met de banden met de grootste diameter;
- 3.
‘categorie T2’: trekkers op wielen met een minimumspoorbreedte van minder dan 1 150 mm, met een lege massa in rijklare toestand van meer dan 600 kg, met een bodemvrijheid van ten hoogste 600 mm; als de hoogte van het zwaartepunt van de trekker (overeenkomstig ISO-norm 789-6:1982 bepaald en ten opzichte van de grond gemeten) gedeeld door de gemiddelde minimumspoorbreedte voor elke as meer bedraagt dan 0,90, wordt de door de constructie bepaalde maximumsnelheid beperkt tot 30 km/u;
- 4.
‘categorie T3’: trekkers op wielen met een lege massa in rijklare toestand van ten hoogste 600 kg;
- 5.
‘categorie T4’: trekkers voor speciale doeleinden op wielen;
- 6.
‘categorie T4.1’ (trekkers met grote bodemvrijheid): trekkers voor het bewerken van hoge, in rijen geplante gewassen, bijvoorbeeld in de wijnbouw. Zij worden gekenmerkt door een (gedeeltelijk) verhoogd chassis dat zodanig is gebouwd dat zij zich parallel aan de rijen planten kunnen voortbewegen, waarbij de linker- en rechterwielen zich aan weerszijden van een of meer rijen planten bevinden. Zij zijn ontworpen om werktuigen te dragen of aan te drijven die zich aan de voorzijde, tussen de assen, aan de achterzijde of op een platform bevinden. In de werkpositie bedraagt de verticaal gemeten bodemvrijheid op de plaats van de rijen planten meer dan 1000 mm. Wanneer de waarde van de hoogte van het zwaartepunt van de trekker (ten opzichte van de grond en met de normaal gemonteerde banden gemeten), gedeeld door het gemiddelde van de minimumspoorbreedten van alle assen, meer dan 0,90 bedraagt, mag de door de constructie bepaalde maximumsnelheid niet hoger zijn dan 30 km/h;
- 7.
‘categorie T4.2’ (extra brede trekkers): trekkers die door hun grote afmetingen worden gekenmerkt en die in het bijzonder bestemd zijn om grote landbouwarealen te bewerken;
- 8.
‘categorie T4.3’ (trekkers met kleine bodemvrijheid): trekkers met vierwielaandrijving, waarvan de verwisselbare uitrustingsstukken bestemd zijn voor gebruik in de land- of bosbouw en die gekenmerkt worden door een dragend frame, met een of meer aftakassen zijn uitgerust, een technisch toelaatbare massa van ten hoogste 10 ton hebben en waarbij de verhouding tussen deze massa en de maximale onbeladen massa in rijklare toestand minder dan 2,5 bedraagt en waarvan de waarde van de hoogte van het zwaartepunt, (ten opzichte van de grond en met de normaal gemonteerde banden gemeten) minder dan 850 mm bedraagt;
- 9.
‘categorie C’: trekkers op rupsbanden die door rupsbanden of door een combinatie van wielen en rupsbanden worden voortbewogen, waarvan de subcategorieën worden gedefinieerd naar analogie van categorie T;
- 10.
‘categorie R’: aanhangwagens; elke in de punten 11 tot en met 14 beschreven categorie aanhangwagens wordt op het einde aangevuld met de letter a of b, al naar gelang de snelheid waarvoor deze is ontworpen:
- a)
‘a’ voor aanhangwagens die voor een snelheid van ten hoogste 40 km/h zijn ontworpen;
- b)
‘b’ voor aanhangwagens die voor een snelheid van meer dan 40 km/h zijn ontworpen;
- 11.
‘categorie R1’: aanhangwagens waarvan het totaal van de technisch toelaatbare massa's per as ten hoogste 1500 kg bedraagt;
- 12.
‘categorie R2’: aanhangwagens waarvan het totaal van de technisch toelaatbare massa's per as meer dan 1500 kg maar niet meer dan 3500 kg bedraagt;
- 13.
‘categorie R3’: aanhangwagens waarvan het totaal van de technisch toelaatbare massa's per as meer dan 3500 kg maar niet meer dan 21000 kg bedraagt;
- 14.
‘categorie R4’: aanhangwagens waarvan het totaal van de technisch toelaatbare massa's per as meer dan 21000 kg bedraagt;
- 15.
‘categorie S’: verwisselbare getrokken uitrustingsstukken.
Elke categorie verwisselbare getrokken uitrustingsstukken wordt op het einde aangevuld met de letter a of b, al naar gelang van de snelheid waarvoor deze zijn ontworpen:
- a)
‘a’ voor verwisselbare getrokken uitrustingsstukken die voor een snelheid van ten hoogste 40 km/h zijn ontworpen;
- b)
‘b’ voor verwisselbare getrokken uitrustingsstukken die voor een snelheid van meer dan 40 km/h zijn ontworpen;
- 16.
‘categorie S1’: verwisselbare getrokken uitrustingsstukken waarvan het totaal van de technisch toelaatbare massa's per as ten hoogste 3500 kg bedraagt;
- 17.
‘categorie S2’: verwisselbare getrokken uitrustingsstukken waarvan het totaal van de technisch toelaatbare massa's per as meer dan 3500 kg bedraagt.