RvdW 2012/1131
Kort geding. Vreemdelingenrecht. Zorgplicht Staat jegens uitgeprocedeerde minderjarige vreemdelingen; omvang zorgplicht; family life; belang van het kind; art. 3 IVRK, art. 8 EVRM, art. 17 en 31 ESH; Richtlijn 2003/9/EG (Opvangrichtlijn); Richtlijn 2008/115/EG (Terugkeerrichtlijn).
HR 21-09-2012, ECLI:NL:HR:2012:BW5328
- Instantie
Hoge Raad (Civiele kamer)
- Datum
21 september 2012
- Magistraten
Mrs. E.J. Numann, F.B. Bakels, A.M.J. van Buchem-Spapens, C.Drion en M.V. Polak
- Zaaknummer
11/01153
- Conclusie
A-G mr. F.F. Langemeijer
- LJN
BX9968
- Vakgebied(en)
Internationaal publiekrecht / Mensenrechten
Vreemdelingenrecht / Verblijf
Vreemdelingenrecht / Vreemdelingenprocesrecht
Internationaal belastingrecht / Algemeen
Personen- en familierecht / Kinderbescherming
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2012:BX9968, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 12‑10‑2012
ECLI:NL:PHR:2012:BW5328, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 21‑09‑2012
ECLI:NL:HR:2012:BW5328, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 21‑09‑2012
Beroepschrift, Hoge Raad, 28‑02‑2011
- Wetingang
Essentie
Kort geding. Vreemdelingenrecht. Zorgplicht Staat jegens uitgeprocedeerde minderjarige vreemdelingen; omvang zorgplicht; family life; belang van het kind; art. 3 IVRK, art. 8 EVRM, art. 17 en 31 ESH; Richtlijn 2003/9/EG (Opvangrichtlijn); Richtlijn 2008/115/EG (Terugkeerrichtlijn).
Het hof heeft niet blijk gegeven van een onjuiste rechtsopvatting met zijn oordeel dat op de Staat de rechtsplicht rust om (in de gegeven omstandigheden) voor de uitgeprocedeerde minderjarigen wier eveneens hier te lande verblijvende ouders niet meewerken aan uitzetting, in adequate opvang en verzorging te voorzien. Op de Staat rust de ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.