Rb. 's-Gravenhage, 17-02-2009, nr. 08/2293 + 08/2294
ECLI:NL:RBSGR:2009:BH6475
- Instantie
Rechtbank 's-Gravenhage
- Datum
17-02-2009
- Zaaknummer
08/2293 + 08/2294
- LJN
BH6475
- Vakgebied(en)
Strafrecht algemeen (V)
- Brondocumenten en formele relaties
ECLI:NL:RBSGR:2009:BH6475, Uitspraak, Rechtbank 's-Gravenhage, 17‑02‑2009; (Raadkamer)
Sprongcassatie: ECLI:NL:HR:2011:BO0087, Bekrachtiging/bevestiging
Conclusie in (sprong)cassatie: ECLI:NL:PHR:2011:BO0087
Uitspraak 17‑02‑2009
Inhoudsindicatie
Art 552p WvS; afgifte stukken van overtuiging (backup computers, bankafschriften) aan verzoekende Franse autoriteit in verband met strafrechtelijk onderzoek.
RECHTBANK 'S-GRAVENHAGE
Sector strafrecht
Registratienummer [nummer]
Kenmerk RK: 08/2293 + 08/2294
Beslissing van de rechtbank 's-Gravenhage, enkelvoudige raadkamer in strafzaken, op de vordering van de officier van justitie bij deze rechtbank van 17 februari 2009, om op grond van artikel 552p, tweede lid, van het Wetboek van Strafvordering aan de rechter-commissaris, belast met behandeling van strafzaken in deze rechtbank, verlof te verlenen om, ter uitvoering van een verzoek om rechtshulp van 29 april 2008 inzake [verdachte X.], afkomstig van de justitiële autoriteiten te Nancy (Frankrijk), de in de vordering nader omschreven in beslag genomen stukken van overtuiging aan de officier van justitie ter beschikking te stellen ter afgifte van deze goederen aan de verzoekende autoriteit, in de zaak tegen:
[verdachte X.],
geboren te [geboorteplaats] op [geboortedatum] 1970,
wonende te [adres in Frankrijk]
en belanghebbende
[Y.]
geboren te [plaats] op [geboortedatum] 1957,
wonende [adres]
De rechtbank heeft kennisgenomen van het strafdossier met bovengenoemd registratienummer en van de kopieën van in beslag genomen stukken te weten de mappen I t/m XVII.
De rechtbank heeft op 3 februari 2009 dit verzoek in raadkamer behandeld.
Belanghebbende, bijgestaan door mr. A.E.M. Röttgering, advocaat te Amsterdam, is in raadkamer verschenen en gehoord.
De officier van justitie heeft gepersisteerd bij de vordering.
Beoordeling van de vordering.
De rechtbank is bevoegd tot afdoening van de vordering.
Op 29 april 2009 is door de rechter-commissaris in de arrondissementrechtbank te Nancy (Frankrijk) een rechtshulpverzoek is gedaan in verband met een aldaar in behandeling zijnde strafrechtelijk onderzoek tegen bovengenoemde verdachte ter zake van de verdenking dat hij zich schuldig heeft gemaakt aan de strafbare feiten, zoals in voornoemd rechtshulpverzoek is omschreven.
De Franse autoriteiten hebben -kort gezegd- verzocht om stukken van overtuiging omtrent transacties en kapitaalbewegingen tussen Euro Toys en de Smoby groep en andere in het rechtshulpverzoek nader aangeduide, aan de Smoby groep gerelateerde, vennootschappen.
Uit het dossier blijkt dat overeenkomstig het gevraagde in voornoemde rechtshulpverzoek onder leiding van de rechter-commissaris, belast met de behandeling van strafzaken in deze rechtbank, op 17 juni 2008 een doorzoeking ter inbeslagneming heeft plaatsgevonden op het [adres] (woning belanghebbende) en op het [adres] (kantoorpand Euro Toys Europe BV, waarvan belanghebbende directeur is). De rechter-commissaris heeft daarbij stukken van overtuiging in beslag genomen waaronder drie computers alsmede diverse administratieve bescheiden. Van de in beslag genomen bescheiden is in overleg met een bij het onderzoek betrokken Franse opsporingsambtenaar een selectie gemaakt, welke stukken zijn gekopieerd (mappen I t/m XVII). Op 1 juli 2008 zijn de originelen aan belanghebbende teruggegeven.
Van de bestanden op de harde schijven van de in beslag genomen computers zijn back-ups gemaakt die zijn vastgelegd op één externe harde schijf. Op 19 juni 2008 zijn voormelde computers aan belanghebbende teruggegeven.
De officier vordert ter beschikking stelling van de bescheiden opgenomen in voormelde mappen I t/m XVII alsmede van genoemde externe harde schijf.
Belanghebbende heeft, bij monde van zijn raadsvrouw, bezwaar gemaakt tegen de integrale overdacht van voormelde kopieën van de administratieve bescheiden nu zich hierbij ook stukken bevinden die geen gegevens bevatten die onder het rechtshulpverzoek vallen. Verder kan vooralsnog niet beoordeeld worden, aldus de raadsvrouw, of de gemaakte back-ups van de computerbestanden wèl dergelijke gegevens bevatten.
De officier van justitie heeft aangegeven dat de inbeslagname heeft plaatsgevonden in overleg met een vertegenwoordiger van de verzoekende instantie, zodat zij zich gelet op het vertrouwensbeginsel, op het standpunt stelt dat die zaken de zaken zijn die de verzoekende instantie heeft verzocht in het kader van de internationale rechtshulp. Met betrekking tot de in beslag genomen computers heeft zij aangevoerd dat deze door de Nederlandse uitvoerende instantie (de politie) niet worden onderzocht, omdat de Nederlandse autoriteiten daartoe niet zo maar gerechtigd zijn. Er mag op vertrouwd worden dat de verzoekende instantie daarop aangetroffen informatie die niet relevant is voor het onderzoek, terzijde zal stellen en niet nader zal onderzoeken.
Bij de beoordeling stelt de rechtbank voorop dat als uitgangspunt heeft te gelden dat, nu het rechtshulpverzoek is gegrond op een verdrag, aan dat verzoek ingevolge artikel 552k, eerste lid, van het Wetboek van Strafvordering zoveel mogelijk het verlangde gevolg moet worden gegeven. Van inwilliging kan slechts worden afgezien indien zich omstandigheden voordoen die wettelijk voorziene beletselen opleveren.
Voor zover de raadsvrouw heeft aangevoerd dat in het rechtshulpverzoek niet is gevraagd om de boekhouding maar slechts om bankafschriften, wordt dit bezwaar verworpen. Het rechtshulpverzoek is vertaald door een beëdigd vertaler en de rechtbank heeft geen enkele aanleiding om te twijfelen aan de juistheid van die vertaling.
De rechtbank stelt verder vast dat in tegenwoordigheid van een Franse opsporingsambtenaar uit de door de rechter-commissaris in beslag genomen administratieve bescheiden een selectie is gemaakt van stukken die van belang lijken te zijn voor het strafrechtelijk onderzoek in Frankrijk in verband waarmee het rechtshulpverzoek is gedaan. Ingevolge de jurisprudentie van de Hoge Raad (HR 6 februari 2007, LJN:AZ2129) dient de rechtbank zich in beginsel te laten leiden door het vertrouwen dat de Franse autoriteiten toereikende gronden hebben om aan die stukken (opgenomen in de mappen I t/m XVII) relevantie toe te kennen voor dat onderzoek.
Met betrekking tot een aantal van die bescheiden heeft belanghebbende dit echter concreet en gemotiveerd betwist en gesteld dat deze stukken in geen enkel opzicht in verband staan met de samenwerking tussen de Smoby groep en Euro Toys of in verband staan met andere aan de Smoby groep gerelateerde vennootschappen. Nu de officier van justitie dit in het geheel niet heeft weersproken, moet ervan worden uitgegaan dat zich in zoverre een grond van weigering voordoet, met dien verstande dat de rechtbank begrijpt dat met de in de pleitnota van de raadsvrouw onder map IV aangegeven bijlage bij rekeningafschrift d.d. 23 maart 2006 (bericht 012/4) wordt bedoeld bijlage bij rekeningafschrift d.d. 23 maart 2005 en met de in de pleitnota onder map XV aangegeven bijlage bij rekeningafschrift d.d. 28 november 2007, bericht 046/3 wordt bedoeld bijlage bij rekeningafschrift d.d. 28 november 2007, bericht 048/3. Gelet hierop zal de rechtbank ten aanzien van deze stukken het gevorderde verlof niet verlenen.
Belanghebbende heeft tevens bezwaar gemaakt tegen uitlevering van de gemaakte back-ups van de onder belanghebbende in beslag genomen computers. Door de raadsvrouw is daarbij aangevoerd dat belanghebbende deze back ups niet heeft kunnen beoordelen nu de officier van justitie heeft nagelaten een overzicht van de gekopieerde bestanden te overleggen. Daarnaast zou één van de computers de computer van zijn zoon en zijn vrouw zijn, met daarop privé gevoelige informatie. Vast staat dat met betrekking tot alle drie de computers van alle aanwezige bestanden een back-up is gemaakt, waarna deze computers op 19 juni 2008 aan belanghebbende zijn geretourneerd. Onder deze omstandigheden is de rechtbank van oordeel dat belanghebbende, ook zonder bedoeld overzicht, in staat is geweest zijn bezwaar nader te concretiseren en te onderbouwen. De enkele omstandigheid dat één van de computers van zijn zoon en zijn vrouw is, is in dit verband onvoldoende, nu dat op zichzelf nog niet met zich brengt dat op de betreffende computer geen, met betrekking op het rechtshulpverzoek, relevante informatie kan staan. Gelet hierop gaat de rechtbank aan dit bezwaar voorbij.
De rechtbank beslist mitsdien als volgt.
Beslissing.
De rechtbank:
- verleent verlof aan genoemde rechter-commissaris, belast met de behandeling van strafzaken in deze rechtbank, om aan de officier van justitie ter beschikking te stellen ter afgifte aan de verzoekende autoriteiten en onder voorbehoud dat de stukken van overtuiging zullen worden teruggezonden zodra daarvan het voor de strafvordering nodige gebruik is gemaakt, de navolgende stukken van overtuiging:
A. kopieën van de stukken die zijn vermeld op de aan deze beslissing in kopie gehechte proces-verbaal van bevindingen d.d. 21 juli 2008, PL1595/2008/2744-4, met uitzondering van:
a) Map II: kopie computer boekhouding
Alle stukken die geen betrekking hebben op de volgende bedrijven:
- Hasbro France;
- Majorette Toys;
- Smoby;
- Avery Consulting;
- Axtin Catalunya;
- Berchet;
- Pico;
- FRM;
- Giocchi Preziosi.
b) Map III: Fortis [nummer] 2006
- rekeningsafschrift d.d. 19 juli 2006, blad 3 van 5;
- bijlage bij rekeningafschrift d.d. 31 mei 2006, bericht 022/7.
c) Map IV: Fortis Bank 2005
- bijlage bij rekeningafschrift d.d. 23 maart 2006, bericht 012/4.
d) Map V: Map Euro Toys Europe, Fortisbank USD, GBP, beheer, Properties, QB Holding
Geen enkel stuk behoudens:
- bijlage bij afschrift d.d. 28 juni 2006, bericht 013/01.
e) Map VI: map Euro Toys Europe, Fortisbank [nummer] Euro vanaf 1-10-2005 (2005):
- bijlage bij rekeningafschrift d.d. 16 november 2005, bericht 046/6.
f) Map IX: map Fortisbank USD GBP beheer properties QP Holding 2005
- alle bankafschriften Fortis.
g) Map X; map Fortis [nummer] Euro Toys Europe 2004
- bijlage bij rekeningafschrift d.d. 28 april 2004, bericht 036/2.
h) Map XII: map Forms USD GBP Euro Toys Europe 2004
- facturen ICM en Simba Toys.
i) Map XIII: map Inkoop goederen A ttm M 2006
- laatste vier kopieën.
j) Map XV: map Euro Toys Europe BV Fortisbank 2007
- bijlage bij rekeningafschrift d.d. 27 december bericht 052/01;
- bijlage bij rekeningafschrift d.d. 12 december 2007 bericht 050/1;
- bijlage bij rekeningafschrift d.d. 12 december 2007 bericht 050/3;
- bijlage bij rekeningafschrift d.d. 12 december 2007 bericht 050/5;
- bijlage bij rekeningafschrift d.d. 12 december 2007 bericht 050/6;
- bijlage bij rekeningafschrift d.d. 12 december 2007 bericht 050/17;
- bijlage bij rekeningafschrift d.d. 28 november 2007 bericht 048/3;
- bijlage bij rekeningafschrift d.d. 7 november 2007 bericht 045/5;
- rekeningafschrift d.d. 31 oktober 2007, blad 3;
- rekeningafschrift d.d. 3 oktober 2007, blad 2;
- bijlage bij rekeningafschrift d.d. 1 augustus 2007, bericht 031/02;
- rekeningafschrift d.d. 25 juli 2007, blad 1;
- bijlage bij rekeningafschrift d.d. 25 juli 2007, bericht 030/1;
- bijlage bij rekeningafschrift d.d. 25 juli 2007, bericht 030/3;
- bijlage bij rekeningafschrift d.d. 25 juli 2007, bericht 030/5;
- bijlage bij rekeningafschrift d.d. 20 juni 2007, bericht 025/4;
- bijlage bij rekeningafschrift d.d. 6 juni 2007, bericht 023/2;
- bijlage bij rekeningafschrift d.d. 6 juni 2007, bericht 023/10;
- rekeningafschrift d.d. 4 april 2007;
- rekeningafschrift d.d. 21 maart 2007;
- bijlage bij rekeningsafschrift d.d. 21 februari 2007, bericht 008/1;
- rekeningafschrift d.d. 14 februari 2007, blad 1;
rekeningafschrift d.d. 14 februari 2007, blad 3;
B. de processen-verbaal 08-0239 d.d. 21 juli 2008, 08-0239-001 d.d. 19 juni 2008, 08-0239-002 d.d. 19 juni 2008, 08-0239-003 d.d. 19 juni 2008, 08-0239-007 d.d. 4 juli 2008, allen met bijlagen, van de afdeling Digitale Recherche van politie Hollands midden;
C. een harde schijf met daarop de back-ups van de drie in beslag genomen computers en server.
- wijst de vordering voor het overige af.
Aldus gedaan te 's-Gravenhage door mr. E.A.G.M. van Rens, vice-president, in tegenwoordigheid van mr. S. Zuithoff, griffier, en uitgesproken ter openbare zitting van 17 februari 2009