Einde inhoudsopgave
Warenwetbesluit drukapparatuur 2016
Artikel 21 Keuring voor ingebruikneming
Geldend
Geldend vanaf 01-02-2020
- Bronpublicatie:
23-01-2020, Stb. 2020, 26 (uitgifte: 31-01-2020, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Inwerkingtreding
01-02-2020
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
23-01-2020, Stb. 2020, 26 (uitgifte: 31-01-2020, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Arbeidsrecht / Arbeidsomstandigheden en beroepsschade
Gezondheidsrecht / Voedsel- en warenkwaliteit
1.
Bij ministeriële regeling wordt drukapparatuur aangewezen die overeenkomstig dit artikel wordt gekeurd.
2.
De drukapparatuur, bedoeld in het eerste lid, wordt, wanneer die wordt opgesteld en geïnstalleerd, gekeurd voor de eerste ingebruikneming alsmede na elke montage op een nieuwe plaats van opstelling en gaat vergezeld van een verklaring van ingebruikneming. De kosten van de keuring zijn voor rekening van de gebruiker, bedoeld in het vierde lid.
3.
De verklaring van ingebruikneming, bedoeld in het tweede lid, wordt onder overlegging van de gegevens en bescheiden, genoemd in het vierde lid, schriftelijk aangevraagd bij een NL-conformiteitsbeoordelingsinstantie of NL-keuringsdienst van gebruikers.
4.
De aanvraag, bedoeld in het derde lid, omvat, voor zover van toepassing:
- a.
naam en adres van de gebruiker en plaats waar de drukapparatuur staat opgesteld; en
- b.
de gebruiksaanwijzing, bedoeld in bijlage I, punt 3.4, bij de richtlijn, met inbegrip van een vervaardigingsbewijs, de EG-verklaring van overeenstemming, bedoeld in artikel 25, de EU-conformiteitsverklaring en het aantekenblad, bedoeld in artikel 24, indien reeds verstrekt.
5.
De documenten, bedoeld in het vierde lid, onder b, kunnen met instemming van de NL- conformiteitsbeoordelingsinstantie of NL-keuringsdienst van gebruikers, in afwijking van het derde lid, beschikbaar worden gehouden op het moment van de keuring.
6.
De NL-conformiteitsbeoordelingsinstantie of NL-keuringsdienst van gebruikers, die de keuring, bedoeld in het tweede lid, uitvoert, verricht, voor zover van toepassing, de volgende onderzoeken:
- a.
de verificatie van de drukapparatuur aan de hand van de gebruiksaanwijzing en markeringen;
- b.
de controle van de uitwendige toestand van de drukapparatuur;
- c.
de controle van de werking van de veiligheidsappendages en onder druk staande appendages; en
- d.
de controle van de opstelling van de drukapparatuur.
7.
Bij ministeriële regeling kunnen nadere regels worden gesteld ten aanzien van de onderzoeken, bedoeld in het zesde lid.
8.
Bij de toepassing van het tweede en zesde lid wordt rekening gehouden met de onderzoeken in het kader van de EU-conformititeitsbeoordeling, bedoeld in de artikelen 8, 10 en de beoordeling, bedoeld in artikel 17a, tweede lid.
9.
Indien een afzonderlijk drukvat of afzonderlijke installatieleiding met inbegrip van de daarbij behorende veiligheidsappendages en onder druk staande appendages, wordt gekoppeld aan een bestaand drukvat of bestaande installatieleiding, kan de keuring voor de ingebruikneming, bedoeld in het tweede lid, worden betrokken op het afzonderlijk drukvat of de afzonderlijke installatieleiding, met inbegrip van de daarbij behorende veiligheidsappendages en onder druk staande appendages.
10.
De NL-conformiteitsbeoordelingsinstantie en NL-keuringsdienst van gebruikers, bedoeld in het zesde lid, stellen een rapport op van de keuring, bedoeld in het tweede lid, en stellen een exemplaar van het rapport beschikbaar aan de gebruiker. In dit rapport kunnen voorwaarden worden gesteld waaraan wordt voldaan alvorens een verklaring van ingebruikneming wordt afgegeven.
11.
Door de NL-conformiteitsbeoordelingsinstantie en NL-keuringsdienst van gebruikers, bedoeld in het zesde lid, wordt een verklaring van ingebruikneming afgegeven indien is gebleken dat tegen het in gebruik nemen van de drukapparatuur, bedoeld in het tweede lid, geen bezwaar bestaat. In deze verklaring:
- a.
wordt de termijn vermeld waarbinnen de drukapparatuur uiterlijk aan een herkeuring als bedoeld in artikel 22, wordt onderworpen; en
- b.
kunnen voorwaarden worden gesteld.
12.
De verklaring van ingebruikneming kan betrekking hebben op één of meer drukapparaten.
13.
De gebruiker draagt er zorg voor dat de keuring, bedoeld in het tweede lid, veilig kan worden uitgevoerd.
14.
Dit artikel is niet van toepassing, indien een verklaring als bedoeld in artikel 23, tweede lid, is afgegeven, tot het tijdstip waarop de betreffende drukapparatuur na montage wordt opgesteld en geïnstalleerd op een nieuwe plaats van opstelling.