RvdW 2020/96
Goederenrecht. Samenlevingsovereenkomst. Verdeling gemeenschappelijke goederen. Art. 3:172 BW.
HR 20-12-2019, ECLI:NL:HR:2019:2013
- Instantie
Hoge Raad (Civiele kamer)
- Datum
20 december 2019
- Magistraten
Mrs. A.M.J. van Buchem-Spapens, M.J. Kroeze, C.H. Sieburgh
- Zaaknummer
18/03877
- Conclusie
A-G mr. E.B. Rank-Berenschot
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- Vakgebied(en)
Goederenrecht / Gemeenschap
Personen- en familierecht / Relatievermogensrecht
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2019:2013, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 20‑12‑2019
ECLI:NL:PHR:2019:1006, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 04‑10‑2019
Essentie
Goederenrecht. Samenlevingsovereenkomst. Verdeling gemeenschappelijke goederen. Art. 3:172 BW.
Partij(en)
HOGE RAAD DER NEDERLANDEN CIVIELE KAMER Nummer 18/03877 Datum 20 december 2019 ARREST In de zaak van [de man], wonende te [woonplaats], EISER tot cassatie, hierna: de man, advocaat: mr. E.F.A. Linssen-van Rossum, tegen [de vrouw], wonende te [woonplaats], VERWEERSTER in cassatie, hierna: de vrouw, niet verschenen.
Conclusie
Conclusie A-G mr. E.B. Rank-Berenschot:
Eiser tot cassatie (hierna: de man) en verweerster in cassatie (hierna: de vrouw) hebben een ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.