Einde inhoudsopgave
Wet educatie en beroepsonderwijs
Artikel 2.2a.4 Bekendmaking, verstrekking en betaling rijksbijdrage voortgezet algemeen volwassenenonderwijs
Geldend
Geldend vanaf 01-08-2024
- Redactionele toelichting
Herstel van de wijziging van 23-02-2022, Stb. 134.
- Bronpublicatie:
18-04-2024, Stb. 2024, 109 (uitgifte: 30-04-2024, kamerstukken: 36478)
- Inwerkingtreding
01-08-2024
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
06-06-2024, Stb. 2024, 154 (uitgifte: 12-06-2024, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Overige regelgevende instantie(s)
Ministerie van Landbouw, Natuurbeheer en Visserij
- Vakgebied(en)
Onderwijsrecht / Beroepsonderwijs en volwasseneneducatie
1.
Onze Minister maakt aan elke instelling jaarlijks in september bekend welke rijksbijdrage voor het daarop volgende jaar wordt verstrekt. Hij deelt daarbij mee op welke wijze de rijksbijdrage is berekend en vermeldt daarbij afzonderlijk het bedrag voor vavo-studenten met een handicap of chronische ziekte.
2.
De rijksbijdrage wordt betaald volgens een door Onze Minister te bepalen kasritme.
3.
Zolang de rijksbijdrage niet is vastgesteld of nader vastgesteld, wordt daarop door Onze Minister een voorschot betaald. Het tweede lid is van overeenkomstige toepassing.
4.
Bij of krachtens algemene maatregel van bestuur worden nadere voorschriften gegeven met betrekking tot de uitvoering van deze titel. Deze voorschriften hebben in elk geval betrekking op aard, inrichting en wijze van verstrekking van gegevens met betrekking tot de vavo-studenten.
5.
De in het vierde lid bedoelde gegevens die op enigerlei wijze een rol spelen in de berekeningswijze, bedoeld in artikel 2.2a.2, gaan vergezeld van een verklaring omtrent de getrouwheid, afgegeven door een door de raad van toezicht of het bevoegd gezag aangewezen accountant als bedoeld in artikel 393, eerste lid, van Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek. Deze gegevens en de verklaring worden ingediend voor een bij algemene maatregel van bestuur te bepalen tijdstip.