Einde inhoudsopgave
Richtlijn 2013/53/EU betreffende pleziervaartuigen en waterscooters en tot intrekking van Richtlijn 94/25/EG
Artikel 44 Procedure voor producten die op nationaal niveau een risico opleveren
Geldend
Geldend vanaf 17-01-2014
- Bronpublicatie:
20-11-2013, PbEU 2013, L 354 (uitgifte: 28-12-2013, regelingnummer: 2013/53/EU)
- Inwerkingtreding
17-01-2014
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
20-11-2013, PbEU 2013, L 354 (uitgifte: 28-12-2013, regelingnummer: 2013/53/EU)
- Vakgebied(en)
Verkeersrecht / Voertuigeisen
Ondernemingsrecht / Economische ordening
Gezondheidsrecht / Voedsel- en warenkwaliteit
1.
Wanneer de markttoezichtautoriteiten van een lidstaat voldoende redenen hebben om aan te nemen dat een onder deze richtlijn vallend product een risico voor de gezondheid of veiligheid van personen, eigendommen of het milieu vormt, voeren zij een beoordeling van het product uit in het licht van de ter zake doende in deze richtlijn vastgestelde eisen. De desbetreffende marktdeelnemers of particuliere importeurs werken waar nodig met de markttoezichtautoriteiten samen.
Wanneer de markttoezichtautoriteiten in het geval van een marktdeelnemer bij deze beoordeling vaststellen dat het product niet aan de eisen van deze richtlijn voldoet, verlangen zij onverwijld van de betrokken marktdeelnemer dat hij de passende corrigerende maatregelen neemt om binnen een door hen vast te stellen redelijke termijn, die evenredig is met de aard van het risico, het product met deze eisen in overeenstemming te brengen, het uit de handel te nemen of terug te roepen.
Wanneer de markttoezichtautoriteiten in het geval van een particuliere importeur bij deze beoordeling vaststellen dat het product niet aan de eisen van deze richtlijn voldoet, wordt de particuliere importeur onverwijld in kennis gesteld van de passende corrigerende maatregelen die evenredig met de aard van het risico moeten worden genomen om het product met deze eisen in overeenstemming te brengen, de inbedrijfstelling van het product op te schorten of het gebruik van het product op te schorten.
De markttoezichtautoriteiten brengen de desbetreffende aangemelde instantie hiervan op de hoogte.
Artikel 21 van Verordening (EG) nr. 765/2008 is van toepassing op de in de tweede en de derde alinea van de in dit lid genoemde maatregelen.
2.
Wanneer de markttoezichtautoriteiten van mening zijn dat de non-conformiteit niet tot hun nationale grondgebied beperkt is, brengen zij de Commissie en de andere lidstaten op de hoogte van de resultaten van de beoordeling en van de maatregelen die zij van de betrokken marktdeelnemer hebben verlangd.
3.
De marktdeelnemer zorgt ervoor dat de passende corrigerende maatregelen worden toegepast op alle betrokken producten die hij in de Unie op de markt heeft aangeboden.
De particuliere importeur zorgt ervoor dat de passende corrigerende maatregelen worden toegepast op het product dat hij voor eigen gebruik in de Unie heeft ingevoerd.
4.
Wanneer de desbetreffende marktdeelnemer niet binnen de in lid 1, tweede alinea, bedoelde termijn doeltreffende corrigerende maatregelen neemt, nemen de markttoezichtautoriteiten alle passende voorlopige maatregelen om het op hun nationale markt aanbieden van het product te verbieden of te beperken, dan wel het product in de betrokken lidstaat uit de handel te nemen of terug te roepen.
Wanneer de particuliere importeur geen doeltreffende corrigerende maatregelen neemt, nemen de markttoezichtautoriteiten alle passende voorlopige maatregelen om op hun grondgebied de inbedrijfstelling van het product te verbieden of het gebruik ervan te verbieden of te beperken.
De markttoezichtautoriteiten brengen de Commissie en de andere lidstaten onverwijld van deze maatregelen op de hoogte.
5.
De in lid 4 bedoelde informatie omvat alle bekende bijzonderheden, met name de gegevens die nodig zijn om het non-conforme product te identificeren en om de oorsprong van het product, de aard van de beweerde non-conformiteit en van het risico, en de aard en de looptijd van de nationale maatregelen vast te stellen, evenals de argumenten die worden aangevoerd door de desbetreffende marktdeelnemer of particuliere importeur. De markttoezichtautoriteiten vermelden met name of de non-conformiteit een van de volgende oorzaken heeft:
- a)
het product voldoet niet aan de in deze richtlijn vastgestelde eisen ten aanzien van de gezondheid of veiligheid van personen, de bescherming van eigendommen of het milieu, of
- b)
door tekortkomingen in de in artikel 14 bedoelde geharmoniseerde normen wordt een vermoeden van conformiteit gevestigd.
6.
De andere lidstaten dan de lidstaat die de procedure krachtens dit artikel heeft ingeleid, brengen de Commissie en de andere lidstaten onverwijld op de hoogte van door hen genomen maatregelen en van aanvullende informatie over de non-conformiteit van het product waarover zij beschikken, en van hun bezwaren indien zij het niet eens zijn met de nationale maatregel waarvan zij op de hoogte zijn gebracht.
7.
Indien binnen drie maanden na de ontvangst van de in lid 4 bedoelde informatie geen bezwaar tegen een voorlopige maatregel van een lidstaat is gemaakt door een lidstaat of de Commissie, wordt die maatregel geacht gerechtvaardigd te zijn.
8.
De lidstaten zorgen ervoor dat ten aanzien van het betrokken product onverwijld passende beperkende maatregelen worden genomen, zoals het uit de handel nemen van dit product.