Einde inhoudsopgave
Verdrag inzake de bestrijding van strafbare feiten verbonden met elektronische netwerken
Artikel 9 Delicten in verband met kinderpornografie
Geldend
Geldend vanaf 01-07-2004
- Bronpublicatie:
23-11-2001, Trb. 2004, 290 (uitgifte: 30-11-2004, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Inwerkingtreding
01-07-2004
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
23-11-2001, Trb. 2004, 290 (uitgifte: 30-11-2004, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Informatierecht / ICT
Internationaal strafrecht / Internationale misdrijven
Internationaal strafrecht / Justitiële en politionele samenwerking
1.
Iedere Partij neemt de wetgevende en andere maatregelen die nodig zijn om de volgende gedragingen, indien opzettelijk en wederrechtelijk begaan, in haar nationale wetgeving als strafbaar feit aan te merken:
- a.
het vervaardigen van kinderpornografie met het doel deze door middel van een computersysteem te verspreiden;
- b.
het aanbieden of beschikbaar stellen van kinderpornografie door middel van een computersysteem;
- c.
het verspreiden of overdragen van kinderpornografie door middel van een computersysteem;
- d.
het voor zichzelf of een ander verkrijgen van kinderpornografie door middel van een computersysteem;
- e.
het bezit van kinderpornografie in een computersysteem of op een opslagmedium voor computergegevens.
2.
Voor de toepassing van het eerste lid omvat de term ‘kinderpornografie’ pornografisch materiaal dat visueel het volgende uitbeeldt:
- a.
een minderjarige die betrokken is bij expliciet seksuele handelingen;
- b.
iemand met het voorkomen van een minderjarige die betrokken is bij expliciet seksuele handelingen;
- c.
realistische afbeeldingen, voorstellende een minderjarige die betrokken is bij expliciet seksuele handelingen.
3.
Voor de toepassing van het tweede lid wordt onder ‘minderjarige’ verstaan iedere persoon beneden de leeftijd van 18 jaar. Een Partij kan evenwel een lagere leeftijdsgrens verlangen, die niet minder mag bedragen dan 16 jaar.
4.
Iedere Partij kan zich het recht voorbehouden het bepaalde in het eerste lid, onderdelen d en e, en het tweede lid, onderdelen b en c, geheel of gedeeltelijk buiten toepassing te laten.