RFR 2024/73
Diende het hof in beginsel uit te gaan van ontbreken van draagkracht op grond dat onderhoudsplichtige gemeentelijke schuldhulpverlening ontving? Motiveringsklachten.
HR 08-03-2024, ECLI:NL:HR:2024:340
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
8 maart 2024
- Magistraten
Mrs. M.J. Kroeze, C.H. Sieburgh, A.E.B. ter Heide, F.R. Salomons, K. Teuben
- Zaaknummer
23/00570
- Conclusie
A-G mr. M.L.C.C. Lückers
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- JCDI
JCDI:ADS963796:1
- Vakgebied(en)
Personen- en familierecht / Alimentatie
Personen- en familierecht (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2024:340, Uitspraak, Hoge Raad, 08‑03‑2024
ECLI:NL:PHR:2023:877, Conclusie, Hoge Raad (Parket), 06‑10‑2023
Beroepschrift, Hoge Raad, 11‑01‑2023
- Wetingang
Art. 1:392, 1:401 BW; art. 4a lid 5 Wet gemeentelijke schuldhulpverlening; art. 475c- 475e Rv
Essentie
Personen- en familierecht. Kinderalimentatie.
Diende hof rekening te houden met schulden waarop onderhoudsplichtige niet afloste? Diende hof in beginsel uit te gaan van ontbreken van draagkracht op grond dat onderhoudsplichtige gemeentelijke schuldhulpverlening ontving? Motiveringsklachten.
Samenvatting
Partijen hadden een affectieve relatie waaruit twee kinderen zijn geboren in 2011 en in 2015. Vader heeft de kinderen erkend en bij beschikking van oktober 2020 zijn partijen gezamenlijk belast met het gezag over de kinderen. De rechtbank bepaalde op verzoek van de moeder van de kinderen dat de man moest bijdragen aan de kosten van verzorging en opvoeding van de kinderen met ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.