NJB 2012/1322
HR, 25-05-2012, nr. 11/05443
HR 25-05-2012, ECLI:NL:HR:2012:BV9538
- Instantie
Hoge Raad (Civiele kamer)
- Datum
25 mei 2012
- Magistraten
Mrs. F.B. Bakels, A.H.T. Heisterkamp en C.E. Drion;
- Zaaknummer
11/05443
- Conclusie
A-G mr. J.L.R.A. Huydecoper
- LJN
BV9538
- Vakgebied(en)
Internationaal publiekrecht / Mensenrechten
Internationaal belastingrecht / Algemeen
Fiscaal procesrecht / Procesorde
Personen- en familierecht / Gezag en omgang
Bestuursrecht algemeen / Besluit (algemeen)
Personen- en familierecht / Kinderbescherming
Bestuursprocesrecht / Algemeen
Bestuursprocesrecht / Beroep
- Brondocumenten
ECLI:NL:PHR:2012:BV9538, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 25‑05‑2012
ECLI:NL:HR:2012:BV9538, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 25‑05‑2012
Beroepschrift, Hoge Raad, 09‑12‑2011
- Wetingang
EVRM art. 8; Awb art. 8:5; art. 1:259, 1:260 en 1:377a lid 1 BW
Essentie
Omgangsregeling. Belang bij rechterlijk oordeel. Op 18 november 2010 geeft Bureau Jeugdzorg een schriftelijke aanwijzing over de omgang tussen een kind en haar ouders. Bij besluit van 13 april 2011 trekt de IND de verblijfsvergunning van de (Thaise) moeder in. Op 18 april 2011 bepaalt Bureau Jeugdzorg onder intrekking van de eerdere schriftelijke aanwijzing dat geen omgang met het kind meer zal plaatsvinden. De ouders verzoeken vervallenverklaring van de aanwijzing van 18 november 2010. Het hof oordeelt dat de ouders daarbij geen belang meer hebben. HR: De ouders hadden een rechtens relevant belang erbij de rechtmatigheid van de aanwijzing ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.