PJ 2010/128
Procesrecht; schadeberekening; ongerechtvaardigde verrijking; OPTAS.
HR 23-04-2010, ECLI:NL:HR:2010:BL6156 (Optas/ETC)
- Instantie
Hoge Raad (Civiele kamer)
- Datum
23 april 2010
- Magistraten
Mrs. J.B. Fleers, A.M.J. van Buchem-Spapens, A. Hammerstein, J.C. van Oven, W.A.M. van Schendel
- Zaaknummer
08/03745
- LJN
BL6156
- Roepnaam
Optas/ETC
- Vakgebied(en)
Pensioenen / Algemeen
Burgerlijk procesrecht / Algemeen
Verbintenissenrecht / Algemeen
Burgerlijk procesrecht / Hoger beroep
Verzekeringsrecht / Pensioenrecht
Verbintenissenrecht / Schadevergoeding
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2010:BL6156, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 23‑04‑2010
ECLI:NL:PHR:2010:BL6156, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 19‑02‑2010
- Wetingang
Essentie
Procesrecht; schadeberekening; ongerechtvaardigde verrijking; OPTAS.
Samenvatting
De zaak betreft uitleg van contractuele verplichtingen van pensioenverzekeraar Optas jegens verzekeringnemer/werkgever ECT in geschillen, gerezen nadat partijen geen overeenstemming bereikten over een nieuwe overeenkomst en ECT de pensioenvoorzieningen bij een andere verzekeraar onderbracht. Op voet van art. 339 RV is incidenteel beroep mogelijk tegen niet door het principaal beroep bestreken deel van het vonnis. In het principale cassatieberoep wordt erover geklaagd dat het hof uit hoofde van de overeenkomst tussen partijen heeft aangenomen dat op Optas de verplichting rustte te zorgen voor een - voor de inmiddels opgetreden ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.