BNB 2011/165
(HvJ EU) Gevoegde zaken Haribo en Salinen. Grenzen die de vrijheid van kapitaalverkeer stelt aan Oostenrijkse regels voor vrijstelling dan wel verrekening van dividenden van buitenlandse deelnemingen (A-G Kokott, noot Wattel)
HvJ EU 10-02-2011, ECLI:EU:C:2011:61, m.nt. P.J. Wattel (Haribo/Finanzamt Linz)
- Instantie
Hof van Justitie van de Europese Unie
- Datum
10 februari 2011
- Magistraten
K. Lenaerts, D. Šváby, R. Silva de Lapuerta, J. Malenovský, T. von Danwitz
- Zaaknummer
C-436/08
C-437/08
- Conclusie
A-G Kokott
- Noot
P.J. Wattel
- LJN
BP5262
- Roepnaam
Haribo/Finanzamt Linz
- JCDI
JCDI:ADS88078:1
- Vakgebied(en)
Vennootschapsbelasting (V)
Belastingrecht algemeen (V)
EU-recht (V)
Europees belastingrecht (V)
- Brondocumenten
ECLI:EU:C:2011:61, Uitspraak, Hof van Justitie van de Europese Unie, 10‑02‑2011
ECLI:EU:C:2010:668, Conclusie, Hof van Justitie van de Europese Unie, 11‑11‑2010
- Wetingang
Art. 63 VWEU
Essentie
Gevoegde zaken Haribo en Salinen. Grenzen die de vrijheid van kapitaalverkeer stelt aan Oostenrijkse regels voor vrijstelling dan wel verrekening van dividenden van buitenlandse deelnemingen
Samenvatting
De Oostenrijkse vennootschappen Haribo en Salinen hebben in 2001 resp. 2002 inkomsten uit een deelneming in een investeringsfonds ontvangen in de vorm van dividenden. Deze dividenden waren uitgekeerd door in andere EU-lidstaten en in derde landen gevestigde kapitaalvennootschappen. In die derde landen is zowel vennootschapsbelasting als dividendbelasting geheven. Al Haribo’s en Salinens indirecte participaties zijn kleiner dan 10%.
Oostenrijk kent een belastingvrijstelling voor dividenden van binnenlandse deelnemingen. Voor dividenden van buitenlandse ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.