Einde inhoudsopgave
Schepenbesluit 1965
Artikel 1 Omschrijvingen
Geldend
Geldend vanaf 01-07-2009
- Redactionele toelichting
Dit artikel is m.i.v. 01-07-2009 vervallen voor alle categorieën schepen die op grond van Nederlandse rechtsregels gerechtigd zijn de vlag van het Koninkrijk te voeren. Dit artikel blijft van toepassing voor de navolgende categorieën schepen: a. zeilschepen van minder dan 500 GT, gebruikt voor het vervoer van ten hoogste 36 passagiers; b. bedrijfsmatig gebruikte schepen van minder dan 500 GT met een lengte van meer dan 12 meter die ontworpen en gebouwd zijn voor recreatief gebruik door niet meer dan 12 passagiers en uitsluitend dan wel hoofdzakelijk door mechanische voortstuwing worden voortbewogen.
- Bronpublicatie:
18-06-2004, Stb. 2004, 284 (uitgifte: 30-06-2004, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Inwerkingtreding
01-07-2009
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
10-06-2009, Stb. 2009, 259 (uitgifte: 26-06-2009, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Vervoersrecht / Zeevervoer
1.
Onverminderd het bepaalde in het derde lidvan dit artikel en het bepaalde in artikel 107 van dit besluit, wordt voor de toepassing van dit besluit verstaan onder:
wet: de Schepenwet;
Onze Minister: Onze Minister van Verkeer en Waterstaat;
kapitein: elke gezagvoerder van een schip of die deze vervangt;
schepelingen: allen die zich als scheepsofficieren of scheepsgezellen aan boord bevinden of zich als zodanig hebben verbonden; scheepsofficieren zijn de schepelingen aan wie de monsterrol de rang van officier toekent, scheepsgezellen zijn alle overige schepelingen;
gediplomeerden: zij die in het bezit zijn van een diploma bedoeld in de Wet op de zeevaartdiploma's (Stb. 1935, 456);
Radioreglement: het Radioreglement (Trb. 1981, 78), behorende bij het op 6 november 1982 te Nairobi tot stand gekomen Internationale Verdrag betreffende de Telecommunicatie (Trb. 1983, 164);
ISM-code: de internationale veiligheidscode voor de scheepvaart en ter voorkoming van verontreiniging (International Safety Management Code), vastgesteld bij resolutie A.741(18) van 4 november 1993 door de Algemene Vergadering van de Internationale Maritieme Organisatie;
passagiers: alle personen aan boord, met uitzondering van:
- 1e.
de kapitein en de schepelingen;
- 2e.
andere personen die, in welke hoedanigheid ook, aan boord ten behoeve van het schip in dienst of tewerkgesteld zijn;
- 3e.
kinderen die op de dag van inscheping de leeftijd van één jaar nog niet hebben bereikt;
passagiersregistratiebeambte: de verantwoordelijke persoon aan de wal die door de eigenaar van een passagiersschip is aangewezen om aan de verplichtingen van de ISM-code te voldoen of een persoon aan de wal die door de eigenaar verantwoordelijk is gemaakt voor het bijhouden van de gegevens van personen die aan boord zijn gegaan van een passagiersschip;
aangewezen instantie: de bevoegde instantie van een staat die verantwoordelijk is voor de opsporings- en reddingsoperaties of de afwikkeling van de gevolgen van een ongeluk.
stoom- of motorschip: een schip, geen zeilschip zijnde, met middelen tot werktuiglijke voortstuwing van een voldoend vermogen, te beoordelen naar normen die in verband met de vorm en de afmetingen van het schip, door het Hoofd van de Scheepvaartinspectie worden vastgesteld;
zeilschip: een schip, al dan niet voorzien van middelen tot werktuiglijke voortstuwing, voldoende zeilen voerend om alleen daarmede veilig te kunnen varen, te beoordelen naar normen die in verband met de vorm en de afmetingen van het schip door het Hoofd van de Scheepvaartinspectie worden vastgesteld;
passagiersschip: elk schip dat door de eigenaar is bestemd om meer dan twaalf passagiers te vervoeren, dan wel een schip, dat meer dan twaalf passagiers vervoert;
vrachtschip: elk schip geen passagiersschip of vissersvaartuig zijnde;
tankschip: een vrachtschip dat is gebouwd of is aangepast voor het vervoer in bulk van vloeibare lading van ontvlambare aard;
chemicaliëntankschip: een vrachtschip dat is gebouwd of is aangepast en wordt gebruikt voor het vervoer in bulk van vloeibare lading zoals vermeld in de opsomming van minimumeisen per stof, behorende bij de door Onze Minister voor een zodanig schip gestelde aanvullende eisen, bedoeld in artikel 130g;
gastankschip: een vrachtschip dat is gebouwd of is aangepast en wordt gebruikt voor het vervoer in bulk van lading bestaande uit vloeibaar gemaakt gas of andere stoffen zoals vermeld in de opsomming van minimumeisen, behorende bij de door Onze Minister voor een zodanig schip gestelde aanvullende eisen, bedoeld in artikel 130g;
combinatietankschip: een schip ingericht voor het vervoer van afwisselend olie en stortladingen;
olietankschip: een schip dat is gebouwd voor of aangepast aan voornamelijk het vervoer van olie in bulk in zijn laadruimten, daaronder begrepen combinatietankschepen en elk chemicaliëntankschip indien dit schip een gehele of gedeeltelijke lading olie in bulk vervoert;
bulkcarrier: een schip dat in het algemeen is gebouwd met een enkel dek, top-zijtanks en hopper-zijtanks in de vrachtruimen en dat is bestemd voor het vervoer van stortlading, waaronder worden begrepen ertsschepen en combinatietankschepen;
hogesnelheidsvaartuig: een vaartuig dat een maximum snelheid in meters per seconde kan ontwikkelen gelijk aan of groter dan 3,7▽0,1667, waarin ▽ = waterverplaatsing gemeten op de ontwerp-waterlijn (m3);
klein vaartuig: elk schip dat
- a.
minder dan 500 ton meet;
- b.
een lengte, als bedoeld in artikel 2, eerste lid, bijlage I van bij dit besluit, heeft van minder dan 24 meter;
- c.
gebruikt wordt of bestemd is voor gebruik in een beperkt vaargebied van ten hoogste 30 zeemijlen uit de kust;
- d.
niet is een passagiersschip dat internationale reizen maakt; en
- e.
niet is een passagiersschip dat is ingericht om meerdaagse reizen te maken;
vissersvaartuig: elk vaartuig dat wordt gebezigd voor het vangen van vis, walvissen, zeehonden, walrussen of andere levende rijkdommen van de zee;
baggermaterieel: elk schip dat door bouw en inrichting uitsluitend is aangewezen voor het verrichten van of voor het gebruik ten dienste van aannemerswerken van waterbouwkundige aard;
internationale reis: een reis tussen twee verschillende landen, waarbij een gebied voor welks buitenlandse betrekkingen een buiten dat gebied zetelende regering verantwoordelijk is of waarvan de Verenigde Naties het besturend lichaam zijn, mede als een afzonderlijk land wordt aangemerkt;
korte internationale reis: een internationale reis gedurende welke het schip zich niet meer dan 200 zeemijlen verwijdert van een haven of een plaats waar passagiers en bemanning veilig kunnen worden geland en waarbij noch de afstand tussen de laatste aanloophaven in het land waar de reis aanvangt en de uiteindelijke haven van bestemming, noch de terugreis 600 zeemijlen overschrijden. Hierbij is de uiteindelijke haven van bestemming de laatste aanloophaven van de vastgestelde reis, waarvandaan het schip de terugreis onderneemt naar het land waar de reis aanving;
ton: registerton van 1/0,353 kubieke meter;
waar in dit besluit de grootte van een schip in deze eenheid wordt uitgedrukt, wordt daaronder verstaan de bruto-inhoud van het schip als vastgesteld volgens de bepalingen krachtens de Meetbrievenwet 1948;
indien de grootte van een schip is vastgesteld volgens de bepalingen krachtens de Meetbrievenwet 1981 en derhalve wordt aangegeven als bruto-tonnage, heeft deze term dezelfde betekenis als de term bruto-inhoud uitgedrukt in registerton;
lastlijn: de waterlijn bij de grootste geoorloofde inzinking in zeewater;
vrijboord: de in het midscheepse vlak vertikaal gemeten afstand van de bovenkant van de deklijn, als aangegeven in artikel 3 van bijlage I van dit besluit, tot de bovenkant van de van toepassing zijnde lijn van het uitwateringsmerk, als aangegeven in artikel 5 van genoemde bijlage;
indompelingsgrenslijn: een lijn, gedacht op het scheepsboord, evenwijdig aan en op een afstand van 76 millimeter onder de aansnijding van de bovenzijde van het schottendek met dit boord;
voortstuwingsvermogen:
- a.
het maximale vermogen, uitgedrukt in kiloWatt (kW), dat door de voortstuwingsmachine(s) zonder overbelasting gedurende onbeperkte tijdsduur kan worden geleverd, zoals dit vermogen, op grond van door de fabrikant verstrekte gegevens, door het Hoofd van de Scheepvaartinspectie wordt vastgesteld, of
- b.
een door het Hoofd van de Scheepvaartinspectie vastgesteld lager vermogen, indien te zijnen genoegen wordt aangetoond dat slechts dit lagere vermogen ten behoeve van de voortstuwing kan worden gebruikt; dit vermogen mag niet worden vastgesteld op een waarde lager dan 75 percent van het maximale vermogen;
vlampunt: de laagste temperatuur van een vloeistof waarbij deze voldoende damp aan de lucht afgeeft om een ontplofbaar mengsel van damp en lucht te doen ontstaan. Het vlampunt moet worden bepaald volgens de gesloten-kroes-methode van Abel, Abel-Pensky of Pensky-Martens en gecorrigeerd voor een barometerstand van 760 millimeter kwikkolom;
goedgekeurd: goedgekeurd door het Hoofd van de Scheepvaartinspectie;
leeftijd van een schip: de tijd verlopen sedert het bouwjaar zoals aangegeven op het certificaat van deugdelijkheid van het betreffende schip;
klassebureau: een natuurlijke persoon of rechtspersoon, aangewezen krachtens artikel 6, tweede lid, van de wet en krachtens artikel 6 van dit besluit;
verjaardatum: de datum van afgifte van de eerste certificaten voor een bepaald schip, in elk kalenderjaar, volgend op het jaar waarin de eerste certificaten zijn afgegeven;
een schip gebouwd: een schip waarvan:
- a.
de kiel is gelegd, of
- b
- 1°
de aanbouw, herkenbaar als behorend tot een bepaald schip, is aangevangen, en
- 2°
is aangevangen met de samenbouw die ten minste 50 000 kg moet omvatten of één percent van de geschatte massa van al het bouwmateriaal, welke van deze twee waarden de laagste is;
belangrijke verbouwing: de verbouwing van een schip:
- a.
waardoor de afmetingen, het laadvermogen of de passagierscapaciteit van het schip in belangrijke mate worden gewijzigd;
- b.
waardoor het scheepstype wordt gewijzigd; of
- c.
die naar het oordeel van het Hoofd van de Scheepvaartinspectie voornamelijk is gericht op het verlengen van de levensduur van het schip.
2.
Voor de toepassing van dit besluit wordt onder ‘schip’ begrepen een vaartuig, een sleepschip, een dok en elk ander dergelijk drijvend voorwerp, dat over zee naar zijn bestemming wordt gesleept.
3.
Voor de toepassing van dit besluit worden personen, die ten gevolge van schipbreuk of andere bijzondere onvoorziene omstandigheden aan boord zijn genomen, niet als passagiers aangemerkt.
4.
Voor de toepassing van dit besluit wordt, ook wat de strafbepalingen betreft, onder ‘eigenaar’ verstaan de persoon, die het beheer over het schip heeft, hetzij hij eigenaar, reder of boekhouder is van de rederij van het schip, hetzij hem het schip in gebruik is gegeven.